- Advertentie -
- Advertentie -
HomeNieuwsMinister houdt vast aan afvalabonnement

Minister houdt vast aan afvalabonnement

- Advertentie -

Delen

Ondanks de bezwaren en kritiek uit de binnenvaart wil minister Schultz van Haegen verder met het op 1 november ingevoerde afvalabonnement. ‘Dat de wijziging van het inzamelsysteem door de binnenvaartorganisaties als ingrijpend wordt ervaren, kan ik begrijpen. Ik vind het nog te vroeg om nu al te concluderen dat de regeling niet gaat werken.’ Dat schrijft ze in haar antwoord op vragen van Tweede Kamerlid Roelof Bisschop (SGP).

‘Maar ik sta wel open voor suggesties tot verbetering van het nu ingevoerde systeem. Daarbij vind ik het wel belangrijk dat de sector met één stem spreekt. Voor eventuele wijzigingen blijven de uitgangspunten van een kostendekkende exploitatie en de “vervuiler betaalt” overigens onverkort van kracht.’
De gezamenlijke binnenvaartorganisaties BLN, BLN Koninklijke Schuttevaer, CBRB, ASV en de Vrouwen in de Binnenvaart in actie zitten overigens op één lijn en hebben de minister uitgenodigd om met spoed om tafel te gaan.

 

Via Scoopshot ontvingen we deze foto, met als toelichting: ‘In de Geulhaven kunnen we gelukkig nog gratis huisvuil kwijt. Nog niks met de Sab te maken.’ (foto Scoopshot/Patrick)

Uitzonderingspositie
Bij het invoeren van het systeem heeft ze twee uitgangspunten gehanteerd schrijft Schultz van Haegen: ‘Ten eerste dat de vervuiler betaalt voor zijn eigen afval. De overheid kan en wil niet langer betalen voor de uitzonderingspositie die de binnenvaart – als enige bedrijfssector in Nederland – hier tot voor kort in had.
Ten tweede schrijft het internationale Scheepsafvalstoffenverdrag voor dat er een voldoende dekkend netwerk is voor de afgifte van “overig scheeps¬bedrijfsafval”. De inzameling moet zowel praktisch als financieel adequaat zijn.’

Op eigen houtje
De minister merkt op dat Rijkswaterstaat met de binnenvaart overleg heeft gevoerd over het inzamelingsnetwerk, maar dat de organisaties niet met een eensluidende antwoord of voorstel kwamen. In feite waren ze ook toen juist wél eensgezind: ze wezen alle drie de varianten van Rijkswaterstaat af, omdat binnenvaartondernemers in alle gevallen zouden moeten gaan betalen. Dat vinden ze onterecht omdat veel scheepseigenaren in hun woonplaats ook al betalen en omdat Nederland de financiering niet op eigen houtje zou mogen doen; het Scheepsafvalstoffenverdrag is internationaal en de inzameling en financiering moeten daarom ook internationaal worden geregeld.

Geharmoniseerd systeem
Dat is echter (nog) niet haalbaar, stelt Schultz van Haegen. ‘Nederland heeft via het internationale overleg meerdere pogingen gedaan om een geharmoniseerde invoering te bewerkstelligen. Vanwege het feit dat de lidstaten van het CDNI voor een deel (met name deel C) voor de inzameling van deze afvalstromen nationaal zeer uiteenlopende systemen hanteren, is door de verdragsluitende partijen (naast Nederland zijn dat België, Luxemburg, Frankrijk, Duitsland en Zwitserland) besloten dat elk land deel C van het CDNI op dit moment op eigen wijze mag en zal invoeren. De verdragspartijen hebben besloten om deze situatie tijdelijk te accepteren. Nederland zal zich blijven inzetten voor een internationaal geharmoniseerd systeem en zal daarbij verschillende mogelijkheden bekijken.’

Niet verplicht
‘Het inzamelen en verwerken van afval is helaas een dure aangelegenheid’, aldus de minister. ‘Een uitgebreider inzamelnetwerk zou een hoger tarief voor het abonnement betekenen; daar lijkt geen draagvlak voor te zijn bij de sector.’
Het SAB-abonnement is niet verplicht; scheepseigenaren kunnen zelf kiezen of ze er één nemen, verdedigt de minister haar keuze. ‘Indien in een regio geen inzamelpunten langs vaarwegen beschikbaar zijn, kan de scheepvaart gebruik maken van alternatieve mogelijkheden zoals faciliteiten van havens en gemeenten. Het staat de schipper ook vrij om zelf afspraken te maken met een inzamelaar.’

Veel minder containers
Niet alleen het systeem zit schippers dwars, ook het feit dat het aantal inzamellocaties met containers is verminderd van circa 95 naar 25 zit hen dwars. Zelfs met een abonnement kunnen ze lang niet altijd hun afval kwijt. Voor een drastisch kleiner aantal afvalcontainers is gekozen om de kosten voor het abonnement te beperken, aldus Schultz van Haegen. ‘Bij het bepalen van de locaties is gekeken naar de hoeveelheid afval die tot nu toe werd afgegeven en de intensiteit van het scheepvaartverkeer.’

245 abonnementen
Begin dit jaar waren circa 245 abonnementen afgesloten (zo’n 45 voor alleen KGA, en ongeveer 200 volledige abonnementen voor KGA en huisvuil). Voor de berekening van een kostendekkende exploitatie is Rijkswaterstaat uitgegaan van 300 abonnementen met de huidige abonnementsprijzen: 469 euro voor een volledig abonnement en 194 euro voor alleen KGA.
‘De prijs voor het abonnement wordt overigens steeds voor een jaar vastgesteld’, merkt Schult van Haegen op. ‘Aan het einde van dat jaar kan de prijs op basis van voortschrijdend inzicht in de werkelijke kosten gewijzigd worden. Dit kan zowel leiden tot een verhoging als een verlaging van de abonnementsprijs. De schipper sluit ook steeds een abonnement voor een jaar af en kan dus per jaar kiezen of hij van het abonnement gebruik wil blijven maken.’

 

De locaties van de huisvuilcontainers en van de milieuboten, waar met een abonnement huisvuil afgegeven kan worden. Op deze milieuboten en bij de depots Volkerak en Nieuwegein kunnen schepen ook KGA afgeven.

Delen

- Advertentie -

Meer

Laat een reactie achter

Vul uw opmerking in!
Vul je naam in

- Advertentie -
- Advertentie -

- Advertentie -
- Advertentie -