De tankvaart moet in Amsterdam (voorlopig) veertien wachtplaatsen voor kegelschepen misen. Door een juridisch conflict van het Havenbedrijf met de nieuwe eigenaar van het ADM-terrein, Larendael Participaties van Wim Beelen, zijn de ligplaatsen tijdelijk opgeheven.
Dat schrijft Victor Everhardt, wethouder Lucht- en Zeehaven, aan de gemeenteraad na vragen van CDA-raadslid Diederik Boomsma. De gemeente is niet rechtstreeks betrokken bij de kwestie, licht Everhardt toe. “Wel indirect, omdat de Havenmeester handelt op basis van een mandaat van de gemeente.”
Het gaat om een zaak tussen het Havenbedrijf Amsterdam en de havenonderneming Larendael. Het bedrijf van ondernemer Wim Beelen nam op 30 augustus van dit jaar het voormalige ADM-terrein over van Chidda Vastgoed en Amstelimmo.
Veertien plekken in gevaar
Het terrein bestaat voor een deel uit land en voor een deel uit water. Het ADM-water grenst aan water van het Havenbedrijf waar wachtplaatsen zijn voor kegelschepen. Die tankers mogen door de gevaarlijke stoffen aan boord alleen afmeren op aangewezen, want publiekarme locaties in de haven.
“Het aantal wachtplaatsen voor kegelschepen is beperkt”, schrijft Everhardt. “Op dit moment beschikt het Havenbedrijf over 40 wachtplaatsen voor kegelschepen. Indien de kegelwachtplaats ter hoogte van het ADM-terrein wordt gesloten betekent dat een vermindering van 14 plekken.”
Beperkt aantal kegelplaatsen
De kegelschepen liggen daar normaal gesproken voor ongeveer 80 procent in water van het Havenbedrijf en voor ongeveer 20 procent in het water van het ADM-terrein. De vorige eigenaar, Chidda, was er vanaf 2008 mee akkoord dat de schepen daar lagen, maar was het vanaf 2015 niet meer eens met de hoogte van de vergoeding die het Havenbedrijf betaalde. Het bedrijf verbood om die reden het Havenbedrijf om zijn water als kegelwachtplaats te gebruiken.
Om er samen uit te komen waren Chidda en het Havenbedrijf mediation overeengekomen, aldus Everhardt. “Op het moment dat het terrein aan Larendael werd verkocht was de mediation nog niet afgerond. Larendael heeft het Havenbedrijf na de aankoop gelast om de wachtplaatsen op te heffen.”
Dat is op korte termijn geen eenvoudige zaak, vindt de wethouder, vanwege het beperkte aantal kegelwachtplaatsen. Het Havenbedrijf wijst erop dat het algemeen belang van de scheepvaart in de haven ernstig geraakt kan worden door een acuut tekort aan wachtplaatsen voor kegelschepen zonder de veertien wachtplaatsen.
Beroep
Op dit moment loopt er nog een beroepsprocedure bij de rechtbank Amsterdam voor een door Chidda ingediend beroepschrift over een door de Havenmeester afgegeven Besluit Aanwijzing Operationele Ruimte. In de bezwaarprocedure was Chidda eerder door de gemeente in het ongelijk gesteld. Nu is aan de rechtbank onder meer een oordeel gevraagd of de Havenmeester bevoegd is kegelschepen af te meren in openbaar water dat eigendom is van een andere partij dan de gemeente.
Tijdelijk gesloten
Op 1 oktober heeft Het Havenbedrijf de wachtplaatsen voor maximaal acht schepen tijdelijk gesloten in afwachting van het oordeel van de rechtbank. Dit zijn wachtplaatsen waarbij kegelschepen met hun achterschip deels in het water van Larendael liggen.
Vanaf die datum konden er nog maximaal zes kegelschepen afmeren. Dit zijn wachtplaatsen waarbij de tankers hun achterschip deels in het water liggen van Decom, een erfpachter van Larendael op het ADM-terrein. Dat bedrijf heeft nooit bezwaar gemaakt tegen de wachtplaatsen.
Verwijderen
Larendael vindt dat Decom niet het recht heeft om de kegelschepen in zijn water toe te staan en in een brief van 6 oktober dreigde het bedrijf de afgemeerde schepen en de afmeer- en ligplaatsvoorzieningen te (laten) verwijderen indien op 8 oktober het gebruik van de ADM-haven door Havenbedrijf Amsterdam niet volledig zou zijn gestaakt en de afmeer- en ligplaatsvoorzieningen niet verwijderd.
“Hoewel het Havenbedrijf nog steeds van mening is dat het aanspraak kan maken op de wachtplaatsen en de uitspraak van de rechtszaak wil afwachten, heeft de Havenmeester vanwege veiligheidsredenen de laatste zes wachtplaatsen tijdelijk opgeheven. De Havenmeester wil de schepen niet onnodig in gevaar brengen.” Aldus wethouder Everhardt. Het Amsterdamse stadsbestuur kan zich vinden in dat besluit.
