“De zorgen over het klimaat hebben zich deze zomer opgestapeld. Friesland gaat al jaren voor duurzaamheid en circulariteit. Onze keuze voor dit inspectieschip laat zien dat we het niet bij woorden laten.” Dat zei gedeputeerde Avine Fokkens-Kelder op 25 augustus toen ze de doop verrichtte van de nieuwe PW10 in Franeker.
Het schip wordt ingezet voor inspectie, handhaving en begeleiding van scheepvaart. De PW10 is een volledig elektrisch schip met een lengte van ruim 15 meter. Het schip vaart CO2-neutraal dankzij de elektrische voorstuwing. De accu’s worden ’s nachts bijgeladen, met groene stroom. Daarnaast zitten er tien zonnepanelen op het dak van de stuurhut. Het vaartuig is geschikt om in de toekomst over te schakelen op waterstofaandrijving.
Duurzaam tot en met
Een warmtepomp regelt het klimaat in de stuurhut. Er wordt zelfs gebruik gemaakt van aquathermie: hierbij wordt het vaartuig verwarmd of gekoeld door gebruik te maken van warmte en kou uit het oppervlaktewater. Twee energie-buffervaten zijn goed voor de opslag van het verwarmde water.
De toegepaste materialen zijn zoveel mogelijk op basis van duurzaamheid geselecteerd. Er is gekozen voor een casco van staal omdat dit een lagere CO2-footprint heeft dan alternatieven als aluminium. Voor het leidingwerk is recyclebaar kunststof toegepast. Het interieur en de vloeren zijn afgetimmerd met bamboe omdat dat zeer snel groeit. Voor de bekleding zijn ecologische materialen gebruikt en voor het plafond gerecycled plastic van petflessen.
Fries product
Provincie Friesland zet de PW10 in tijdens watersportevenementen, bij calamiteiten en voor inspectie, handhaving en begeleiding van de beroeps- en recreatievaart. Het ontwerp van het nieuwe vaartuig is gemaakt door Vripack in Sneek, Scheepswerf Talsma in Franeker heeft het schip gebouwd, samen met een aantal Friese onderaannemers.
“Als scheepswerf zijn we enorm trots op dit prachtige schip”, aldus Gerard Cnossen van Scheepswerf Talsma. “We laten zien dat we als Friese scheepsbouwers onze kennis en ervaring kunnen benutten om deze duurzame vaartuigen nu en in de toekomst te bouwen.”