- Advertentie -
- Advertentie -
HomeNieuwsCBRB stapt uit Transitiecomité

CBRB stapt uit Transitiecomité

- Advertentie -

Delen

Het CBRB gaat niet verder met het Transitiecomité. Volgens voorzitter Teun Muller zien de meerderheid van de ledengroepen en de directie de huidige plannen voor de vorming van de beoogde branchebrede organisatie Binnenvaart Logistiek Nederland (BLN) niet zitten. Muller heeft minister Schultz van Haegen op de hoogte gesteld van de beslissing, waarover het CBRB-bestuur overigens formeel nog moet besluiten.

Arie Kraaijeveld, voorzitter van het Transitiecomité, gaat door. Hij twitterde woensdagavond 22 mei: “Bijna statuten rond van BLN. Varende ondernemers, BBU en KSV gaan starten. Vindt actie deel CBRB betreurenswaardig. Zij gaan door.“

Geen vertrouwen meer
Muller schrijft in de 22 mei verzonden nieuwsbrief van het organisatie dat “de heersende mening binnen het CBRB volledig is omgeslagen. Werd de beoogde vorming van één brede branchevereniging van meet af aan – ondanks enige scepsis bij enkele ledengroepen – positief beoordeeld, thans moet worden vastgesteld dat het voor de meeste ledengroepen, en voor directie en staf van het CBRB een uitgemaakte zaak is dat die doelstelling niet gerealiseerd is en met de tot nu toe gevolgde werkwijze ook niet gerealiseerd kan worden.”
Het vertrouwen in het Transitiecomité en voorzitter Arie Kraaijeveld is weg. “Daarbij speelt niet alleen de werkwijze een rol, maar ook het feit dat van een onafhankelijke vervulling van het voorzitterschap geen sprake meer is. Sinds kort geldt dat niet alleen voor het transitiecomité, maar ook voor de ‘Stichting Beheer NN-gelden’ (voorheen Stichting Kantoor Binnenvaart) en voor het recentelijk opgerichte ‘Droge Lading Comité’.” Aldus Muller.

Ingrepen in vrachtenmarkt
De crisis en initiatieven om die aan te melden bij de Europese Commissie, zodat capaciteitsmaatregelen mogelijk zouden worden en dumptarieven bij wet te verbieden spelen ook mee in de stap. BinnenvaartBrancheUnie, beoogd partner in BLN, steunt de stappen die de Belgische overheid op dat vlak onderneemt na de stakingsacties door schippers. Dat zint het CBRB niet; de achterbannen verschillen te veel.
Muller omschrijft het als volgt: “Daarnaast moet worden onderkend dat het ondernemerschap in een groot deel van de particuliere binnenvaart sterk beïnvloed wordt door private omstandigheden en overwegingen. Met name bij langdurige economische tegenspoed is daardoor het cultuurverschil met ondernemingen waarbij dat niet het geval is minder gemakkelijk te overbruggen. De recente initiatieven gericht op ingrepen in de vrachtenmarkt hebben dit verschil verder geaccentueerd en tevens voor andere leden de vraag opgeworpen of de naleving van het mededingingsrecht binnen het CBRB naar behoren is gewaarborgd.”

Achtergronden
Muller zet de achtergronden op een rijtje in de bekendmaking via de nieuwsbrief:
De bovenbedoelde ontwikkelingen kunnen wij als volgt samenvatten.
1. Onderhandelingen in het transitiecomité onder leiding van de heer Kraaijeveld hebben in tweeënhalf jaar geen gezamenlijk gedragen verenigingsmodel opgeleverd waarin bestuurlijke zeggenschap voor alle bijdragende ledengroepen is gewaarborgd. Klaarblijkelijk wordt dit veroorzaakt doordat er geen consensus over de operationele strategie bestaat. Vragen als: ‘Wat moet BLN haar leden kunnen bieden?’, ‘Hoe kunnen de verschillende ledengroepen, met respect voor hun identiteit en specifieke belangen, bijeen gehouden worden?’ en ‘Welke contributies zijn ledengroepen bereid daarvoor op te brengen?’ zijn nog volstrekt onvoldoende beantwoord. Constructieve initiatieven van het CBRB met betrekking tot de opzet van een geïntegreerde bureau-organisatie, de juridische vormgeving van de vereniging en het stelsel van contributies hebben daarin geen verandering kunnen brengen.
Sinds kort is de heer Kraaijeveld eigenstandiger gaan opereren; zo heeft hij bijvoorbeeld, buiten het transitiecomité om, het voorzitterschap van een door de ‘grote rijnvaartondernemers’ opgericht ‘Droge Lading Comité’ op zich genomen.
2. Sinds begin dit jaar bepleit de BBU, onder meer in daartoe zelf georganiseerde bijeenkomsten, ter bescherming van particuliere scheepsexploitanten een ‘crisiskartel’ en maatregelen gericht op meer ‘markttransparantie’, die met name de provisies van tussenpersonen aan banden moeten leggen. Ter gelegenheid van het kamerdebat op 6 februari heeft de BBU daarvoor eigenstandig gelobbyd, buiten de gezamenlijke ‘briefing’ om.
3. Omdat veel leden door het uitblijven van resultaten in de transitie-onderhandelingen hun geduld verloren hebben wil het bestuur van de Groep Varende Ondernemers zelf het voortouw nemen om BLN op te richten. Blijkens een interne enquête kiest het overgrote deel van de varende ondernemers ervoor het groepsbestuur te volgen.
4. De stichting Kantoor Binnenvaart heeft op 25 maart besloten haar naam te wijzigen in ‘Stichting Beheer NN-gelden’ en haar statuten geheel opnieuw vast te stellen. Dit is gebeurd zonder het CBRB daarin vooraf te betrekken; eerdere desbetreffende voorstellen van het CBRB zijn daarbij genegeerd. Direct na de bijeenkomst van het transitiecomité op 28 maart heeft de heer Kraaijeveld tezamen met de heer Kortenhorst (BBU) een desbetreffend persbericht uitgegeven waarin het CBRB evenmin was gekend. Het CBRB heeft kenbaar gemaakt dat deze handelwijze en de inhoud van het bericht niet aanvaardbaar zijn.

Delen

- Advertentie -

Meer

Laat een reactie achter

Vul uw opmerking in!
Vul je naam in

- Advertentie -
- Advertentie -

- Advertentie -
- Advertentie -