- Advertentie -
- Advertentie -
HomeNieuwsCBRB: "Niet de marktwerking verstoren"

CBRB: “Niet de marktwerking verstoren”

- Advertentie -

Delen

Bij het CBRB viel het betoog dat CDA-politicus Martijn van Helvert in deze krant hield voor een transparante binnenvaartmarkt niet goed. De bevrachter wordt volgens het bestuur en de directie van het CBRB in een verkeerd daglicht gesteld door het Kamerlid. “Zo zit die markt niet in elkaar”, aldus CBRB-voorzitter Paul Goris. “We moeten dit nuanceren, ook tegenover de schippers. Dit is geen zaak van zullie tegen hullie.”

“Het is een vrije markt en de bevrachter staat voor een groot aantal diensten die hij zowel aan de schipper als aan de verlader verleent”, vertelt Dirk van der Plas, directeur van DAP Barging en voorzitter van de Ledengroep Droge Lading bij het CBRB.

Hij legt uit dat het werk van de bevrachter in de binnenvaart varieert van het contact met de schippers en de transportovername van de verlader, waarmee ook veel verantwoordelijkheden worden overgenomen. Een veelheid aan taken die volgens hem onmogelijk eenvoudig kunnen worden voorzien van een prijskaartje.

Paul Goris valt hem bij: “De bevrachter heeft ook een marketingfunctie voor de binnenvaart, geeft geld uit om de contacten met verladers te leggen om goederenstromen vroegtijdig te leren kennen, in het schip te krijgen en daar de planning op af te stemmen. Hij werft daarmee werk voor de schippers. Werk dat hij ook nog voorfinanciert, want de schipper krijgt op tijd betaald, maar de bevrachter moet soms maanden op zijn geld wachten.”

 

Vergelijking

Van der Plas: “Een verlader besteedt vaak over een langere periode voor een vaste prijs het transport uit en de bevrachter neemt het risico over dat er voor die prijs ook vervoerd wordt. Tijdens de crisis en tijdens laagwaterperiodes ontvangt de bevrachter minder dan hij de schipper betaalt. Dat is het risico dat je loopt in een vrije markt.”

Deze ontzorging van de binnenschipper en de verlader mist Van der Plas in het verhaal van Martijn van Helvert. Het Kamerlid vergelijkt de positie van de bevrachter in de binnenvaart met die van de huizenmakelaar en de verzekeringsagent. Twee markten waarin de afgelopen jaren de tussenpersoon transparanter moest gaan werken. “Een vergelijking die niet opgaat”, vindt Jan Vogelaar, adjunct-directeur van het CBRB en oud-schipper in de droge lading. “De behoefte aan transparantie in de huizenmarkt en verzekeringen is dat de consument beschermd moet worden. Dat kun je niet één op één vergelijken met een zakelijke samenwerking tussen bevrachters en schippers.”

Dirk van der Plas: “Een makelaar in huizen hoeft niet voor een ander huis te zorgen als een verkoper afhaakt. Een bevrachter heeft wel een vervoersplicht.”

Paul Goris: “Ik denk dat je de marktwerking verstoort als je de bevrachter verplicht om volledige openheid van zijn boeken te geven. Niet omdat wat daarin staat onrechtmatig is, maar omdat de onderhandelingen met zowel de verlader als de schipper bij die vrije markt horen.”

Hij stoort zich eraan dat het CBRB na het vertrek van de Leden­groep Varende Ondernemers naar Konin­klijke BLN-Schuttevaer wordt neergezet als ‘een bevrachtersclub’. “Dat is onzin. Wij hebben een veel breder ledenbestand dan dat, ook met schippers, operators en rederijen.”

Om terug te komen op die transparantie: je kan geen volledige transparantie vragen van één partij in een markt, want dan verstoor je het marktmechanisme. Die vrije markt werkt ook aan twee kanten: een schipper kan net zo goed zelf kiezen voor wie hij vaart. Goede marktwerking zorgt immers al voor transparantie.”

 

Vergroening

Alle partijen zijn voorstander van vergroening van de binnenvaart. Een thema dat Martijn van Helvert in verband brengt met de noodzaak van transparantie. In het najaar van 2016 vertelde een schipper dat de opdrachtgever voor een transport de bevrachter extra had betaald voor de milieu-aanpassingen die hij aan zijn schip had gedaan, maar dat hij daar zelf niets van had teruggezien. Dat bracht een bal aan het rollen, die wellicht uiteindelijk tot een wetsvoorstel leidt voor meer transparantie bij bevrachtingen in de binnenvaart.

Directeur Robert Kasteel van het CBRB: “Dat is een op zichzelf staand geval, bepaald niet gangbaar bij de bevrachters. Als de verlader dit merkt, ligt die bevrachter er ook meteen uit. Zijn rol is uitgespeeld. Maar het is te kort door de bocht om op basis van één – onbe­wezen – casus een hele sector weg te zetten.”

Wat steekt bij bevrachter Dirk van der Plas is dat de uitspraken van het Kamerlid een basis van wantrouwen tussen schippers en bevrachters suggereren. “Zo’n voorbeeld betekent natuurlijk niet dat je alle bevrachters over één kam kunt scheren. Bij DAP Barging varen meer dan dertig schippers vast, zonder een contract, op basis van vertrouwen. Sommigen al meer dan twintig jaar. En ik weet zeker dat veel bevrachters een uitstekende relatie hebben met de schippers die voor hen varen.”

Paul Goris: “Ook wij vinden dat het geld dat schippers ondersteunt bij milieu-investeringen – om de onrendabele top van die investeringen te financieren – ook daadwerkelijk bij de schipper terecht hoort te komen. Dit voorval is een kwalijke zaak. De bevrachter die dit doet, gaat voor gaas.”

Volgens Dirk van der Plas is het sowieso uitzonderlijk dat een verlader bereid is te betalen voor milieuvoorzieningen aan boord van binnenschepen. “Hij wil zekerheid van vervoer en dat is wat de bevrachter of een coöperatie hem biedt, met alle risico’s die daarbij horen.”

Delen

- Advertentie -

Meer

Laat een reactie achter

Vul uw opmerking in!
Vul je naam in

- Advertentie -
- Advertentie -

- Advertentie -
- Advertentie -