De bulkcarrier Aztec Maiden is op 20 januari 2012 op de kust bij Wijk aan Zee gestrand doordat het schip met te weinig ballast uit de haven van Amsterdam was vertrokken. Hierdoor was het schip onder de heersende weersomstandigheden niet meer controleerbaar en verdaagde het richting de kust door stroom, wind en golven. Dat blijkt uit het ongevalsonderzoek dat de Inspectie Leefomgeving en Transport heeft verricht. Dat het schip met te weinig ballast vertrok is een foute inschatting geweest in de voorbereiding van de zeereis en getuigt van slecht zeemanschap, oordeelt de inspectie.
Te hoog op het water
"Het schip vertrok uit Amsterdam zonder lading richting Polen. Bij vertrek heeft de schipper gezien de voorspelde weersomstandigheden verzuimd om genoeg ballastwater in te nemen. Een zeeschip neemt altijd ballastwater in als er geen of weinig gewicht aan lading zit. Zonder ballast zal een zeeschip te hoog op het water liggen om normaal te kunnen varen. Het bleek dat er van de totale ballastcapaciteit van de Aztec Maiden maar zo’n 30 procent was ingenomen."
De bulkcarrier kwam in de problemen toen het buiten de pieren van IJmuiden voer. Het schip was niet meer controleerbaar doordat, onder de heersende weersomstandigheden, het schip veel te licht was en de schroef gedeeltelijk boven water stak. Onder die condities slingerde het schip tot wel 60 graden. Door die benarde omstandigheden viel de hoofdmotor verschillende keren uit en het lukte, ondanks verschillende pogingen, niet om te ankeren en strandde het schip.
