Tijdens sloopwerkzaamheden aan sluizen 10 en 12 in de Zuid-Willemsvaart bij Someren is asbest aangetroffen. De werkzaamheden zijn direct stilgelegd. Onderzoek heeft aangetoond dat er geen gevaar is voor de volksgezondheid. Rijkswaterstaat neemt maatregelen om het asbest gecontroleerd af te voeren. Dit kost extra tijd. De stremming voor de scheepvaart gaat dan ook langer duren.
Uit onderzoek van een onafhankelijk bureau is gebleken dat er geen sprake is van schade voor de volksgezondheid in de omgeving, meldt Rijkswaterstaat. Het asbesthoudende materiaal is aangetroffen in slooppuin achter het sluishoofd. Het stond daardoor niet in direct contact met het water in het kanaal. Bovendien bevindt het asbesthoudende materiaal zich nu onder het wateroppervlak, waardoor verspreiding niet mogelijk is.
Puin
De sloop wordt onder speciale condities voortgezet. "Een veiligheidsdeskundige heeft bepaald wat de invloedssfeer van de asbest is. Rond het invloedsgebied zijn bouwhekken met waarschuwingsborden geplaatst."
Om verspreiding te voorkomen wordt het puin vochtig gehouden. Er zijn bovendien ontsmettingsruimtes ingericht voor personen en materialen die het terrein hebben betreden. Het vrijkomende puin met asbest wordt afgevoerd naar een erkende verwerker.
Stremming duurt langer
De gecontroleerde afvoer van het asbesthoudend materiaal zorgt er voor dat de werkzaamheden langer duren dan gepland. Dit heeft ook gevolgen voor de stremming van de Zuid-Willemsvaart voor de scheepvaart. Oorspronkelijk zou de stremming tot zaterdag 21 april duren. Op dit moment wordt bekeken wat de consequenties zijn voor de planning. Volgende week moet duidelijk worden hoeveel langer de (geheel of gedeeltelijke) stremming van de Zuid-Willemsvaart bij Someren gaat duren.