Er zijn schepen vernoemd naar steden, naar bergen en naar familieleden van een rederij. Sinds Erik Vermeylen van General Bunkering Service (GBS Group) uit Antwerpen in 2005 zijn eerste dubbelwandige nieuwbouw doopte binnen het masterplan van een totale vlootvernieuwing, heeft hij ieder schip vernoemd naar een bekende componist. Zo ook bij de laatste nieuwbouw: nummer negen in de rij van de schepen binnen de vloot waarvan er tot nu toe volgens plan ieder jaar één is vervangen.
Hooguit zou er nog enige twijfel kunnen bestaan bij de naam van het laatste schip: Strauss. Hoewel de naam stevig naar een componist linkt levert dat niettemin een open einde want de familie Strauss telt vier componisten. Twee ervan brachten in het verleden een ode aan grote rivieren. Johann senior componeerde in 1843 de Lorelei-Rhein-Klänge en zijn zoon Johann bedacht in 1867 het onverwoestbare An der schönen (toen nog) blauen Donau. Johanns broer Josef Strauss componeerde in 1858 voor de maritieme hoek nog de Matrosen Polka. Broer Eduard Strauss schreef de polka Mit Dampf maar de eerlijkheid gebiedt om te melden dat dit geen betrekking had op een stoomschip maar op de spoorwegen.
Stevig fundament
Zoals gezegd gingen acht eerdere nieuwbouwschepen de vervanging van enkelwandige voor: de tankschepen Beethoven, Paganini, Rossini, Verdi, Vivaldi, Ravel, Mozart (estuair) en vorig jaar het mts Puccini.
(foto Hans Heiligers)
Tijdens de koffie in zijn kantoor in Antwerpen maken we Erik Vermeylen een compliment voor de realisatie van al zijn plannen die hij reeds in 2003 maakte en waarmee hij structureel het aanzien van de vloot en de continuïteit van de onderneming stevig verankerde. Niet alleen de vloot verjongt maar ook de medewerkers van het kantoor. We maken kennis met Eriks zoon Tom Vermeylen. Na het afronden van zijn studie is hij bij de onderneming in dienst gekomen waarbij hij de volledige verantwoording kreeg voor de bewaking van de streng ISO gecertificeerde dienstverlening van de GBS Group op het gebied van kwaliteit en veiligheid. Denk daarbij eveneens aan alles wat onder regie van ADN, EBIS en TMSA moet worden vastgelegd, uitgevoerd en gecontroleerd.
Samen met commerciële en financiële leiding van Vermeylen, het technisch management van Marcel Allard en de ondersteuning van de geroutineerde planners ligt daarmee een stevig fundament onder het GBS-bastion aan het Houtdok in Antwerpen.
Veiligheid
Ook alle nieuwbouw valt onder het takenpakket van Marcel Allard. Toezien op de bouw is voor hem deel II, deel I vindt ruim voor de levering van het casco plaats. Met veel kennis en evenveel plezier slaagt Allard er steeds weer opnieuw in om met toepassing van een handigheidje iets aan het schip te completeren waardoor de veiligheid en het functioneren aan boord nog verder toenemen,
En als journalist hebben wij geleerd meteen naar voorbeelden te vragen. Allard geeft voorbeelden en onderstreept die met schetsen die hij voor ons maakt en een toelichting boven één van de scheepsmodellen op het kantoor.
We zullen niet alles aan de grote klok hangen maar zaken die al door veel volgers van ons zijn overgenomen laten we Marcel verduidelijken. Tijdens zijn schoolvakanties heeft hij vroeger op bunkertankers gewerkt en het werd dan ook zijn eerste job. ‘Als je ziet wat er in een kort tijdbestek gedaan moet worden om een schip te bunkeren dan mag dat nooit ten koste van de veiligheid van de bemanning gaan’, zegt Allard. ‘Tel daarbij op dat je in de zeehavens met regelmaat bij nacht en slecht weer werkt dan verbaast het dat er op veel tankschepen nog zo veel geklommen moet worden om standaardhandelingen te verrichten’, vult hij aan.
Op de GBS-schepen heeft hij weloverwogen de juiste plaatsen toegekend aan kranen en leidingen die zonder te bukken of klimmen kunnen worden bediend.Allard: ‘Je kunt buiten de crossover op het midden en die bij de tweede pomp overal tussendoor lopen waardoor de kans op een onverhoopte val tot een minimum is teruggebracht’. Aan dek zien we inderdaad alle laadkranen tussen de laad- en losleidingen. Geen kruipdoor of sluipdoor routes aan boord van ‘de’ Strauss.
Korte leidingen
Ook op de inrichting van de machinekamer heeft Marcel opnieuw zijn creatieve stempel gedrukt. Wat meteen opvalt is de generatorset die op een verhoging staat. Het mooie daarvan is dat hij boven de koelers staat: korte leidingen. Anders gezegd: er is alle ruimte voor de passage van alle leidingen van de hoofdmotor omdat ze onder de generatorset doorgaan. De leidingen voor de koeling, dekwas en ballast liggen mede daardoor volledig gescheiden zonder dat andere leidingen moeten worden gekruist.
De generatorset staat op een verhoging; alle leidingen van de hoofdmotor gaan er onderdoor. (foto Hans Heiligers)
Het mts Strauss is een goed doordacht functioneel en betrouwbaar schip geworden. De afmetingen zijn 110 x 13,50 meter. Het schip heeft een holte van 5,33 meter en geeft plaats aan twaalf tanks. Het schip heeft een bunkergiek van 27.00 meter en ook een thermische ketel van Heatmaster; het kan eveneens dienen voor chemietransport.
Wanneer er gasolie of stookolie wordt vervoerd mag het schip worden gekenmerkt als 2-partijenschip. Het casco komt van het Chinese Nantong Minde als onderdeel van een bij VEKA Shipbuilding geplaatste turnkey-opdracht. Vermeylen vindt het wel jammer dat het tijdstip waarop hij voor het eerst daadwerkelijk de sleutel in het schip kon omdraaien meerdere malen moest worden bijgesteld. Het resultaat van de proefvaart heeft daar niet onder geleden. De meetbrief was tijdens ons bezoek nog niet in huis maar zal uitkomen op 4.200 ton.
De Belgische havens mogen met recht trots zijn op de state-of-the-art schepen die onder de vlag van de GBS Group varen en waarvoor reeds in 2003 de juiste toon is gezet.
(Hans Heiligers)
