De Nederlandse reders zijn niet te spreken over hoe lang het duurt voordat de Wet ter Bescherming Koopvaardij van kracht wordt. De wet, die bewapende particuliere beveiliging aan boord van Nederlandse zeeschepen toestaat, is begin 2019 door de Eerste Kamer aangenomen en wacht nog altijd op inwerkingtreding.
In beantwoording op Kamervragen op 14 juli stelt minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid dat het mogelijk zelfs nog tot 1 januari 2022 duurt voordat de wet in werking treedt.
Tien jaar
“Deze trage voortgang is door het vooruitzicht op 2022 onaanvaardbaar geworden”, zegt directeur Annet Koster namens de redersvereniging KVNR. “Als sterk gereguleerde sector begrijpen wij als geen ander dat wet- en regelgevingstrajecten naast afhankelijkheid van vaste procedures ook uiterste zorgvuldigheid vereisen. Maar we hebben ruim tien jaar moeten strijden voor deze wetgeving.”
In 2016 werd een wetsvoorstel vanuit de Kamer ingediend door VVD en CDA. “We hadden niet kunnen bevroeden dat het nog bijna zes jaar zou duren voordat de reders er gebruik van zouden kunnen maken om hun zeevarenden te beschermen. Dat is toch niet te verdedigen, zeker als je bedenkt dat beide politieke partijen in het kabinet zijn vertegenwoordigd.” Aldus Koster.
Noodzaak
De KVNR-directeur ziet in Grapperhaus’ antwoord aan de Tweede Kamer “een gebrek aan gevoel over de noodzaak van deze wetgeving”. Ze roept alle parlementsleden op die in 2018 en 2019 voor de wet hebben gestemd, “om de minister met klem te vragen zo snel mogelijk al het noodzakelijke werk te verzetten. Dan kan uiterlijk 1 juli 2021 de wet in werking treden.”
De wet voorziet in de mogelijkheid om aan boord van Nederlandse zeeschepen bewapende particuliere beveiliging in te zetten als blijkt dat de inzet van een zogeheten Vessel Protection Detachment van het ministerie van Defensie niet mogelijk is. Op deze manier zijn de reders en zeevarenden alsnog verzekerd van bescherming tegen piraterij.