Het CBRB vindt dat bedrijven die de regels voor ontgassen en boord/boord-overslag aan hun laars lappen, hard moeten worden aangepakt. Dat staat in de reactie van de binnenvaartorganisatie op een persbericht over misverstanden dat de gezamenlijke toezichthouders vandaag verzonden. Een punt van aandacht noemt Nick Lurkin, secretaris veiligheid en milieu, het feit dat nagenoeg alle wet- en regelgeving voor de sector op internationaal niveau bepaald wordt. “Geregeld worden deze regels door diverse landen verschillend geïnterpreteerd.”
♦ Lees ook: Instanties: "Te veel mis met ontgassen en boord/boord-overslag"
Overtredingen
Naar aanleiding van de berichtgeving over de overtredingen tijdens ontgassingsprocessen aan boord en boord/boord-ladingactiviteiten noemt het CBRB het positief dat de toezichthouders invulling gegeven “aan het ‘front office’ gedachtengoed, namelijk geconsolideerde gerichte inspecties zodat zoveel mogelijk verstoring van de logistieke keten vermeden wordt”.
De organisatie kondigt aan dat ter zake kundige leden in een werkgroep de overtredingen zullen bespreken en zullen nagaan hoe diverse onderwerpen opgenomen kunnen worden in de sectorbrede arbocatalogus binnenvaart, ISGINTT (International Safety Guide for Inland Navigation Tankers and Terminals), RI&E, specifieke training en/of circulaires. “We kijken dan ook uit naar het aangekondigde eindrapport met conclusies dat op korte termijn opgeleverd zal worden.”
Persoonlijke beschermingsmiddelen
“We zijn verrast met de bevindingen op het gebied van de vermeende overtredingen op het gebied van het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM) aan boord. Een inspectie medio juni dit jaar gaf aan dat op de destijds alle geïnspecteerde tankschepen de persoonlijke beschermingsmiddelen aanwezig waren en op een correcte wijze gebruikt werden.”
De werkgevers doen er ook veel aan, is de boodschap van het CBRB. “Via de RI&E, online arbocatalogus en ISGiNTT handboek ondersteunen we de betrokken personeelsleden om aan de gestelde regelgeving op het gebied van veiligheid te voldoen. Een nieuw initiatief is om middels beeldmateriaal nog verder in te gaan op het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen. Op dit moment wordt een e-learning programma ontwikkeld, waardoor de bemanning op de hoogte blijft van de mogelijke risico’s die kunnen optreden, bij het niet of niet juist dragen van PBM’s in verschillende situaties.”
Vervoersdocumenten
Gerichte controle op ladingdocumentatie is al een langere tijd punt van aandacht. Ook bij het CBRB, dat erop wijst dat het bedrijfsleven op internationaal niveau wijzigingsvoorstellen heeft ingediend om meer duidelijkheid te krijgen wie ervoor verantwoordelijk is.
Op het gebied van gevaarlijke stoffen zijn er al wel verbeteringen geconstateerd in het verstrekken van de vervoersdocumenten aan de vervoerders, aldus het CBRB. Tankschepen krijgen echter nog steeds geregeld slechts een schriftelijke laadopdracht met de benodigde gegevens van de ‘vuller’ met de opmerking dat deze schriftelijke laadopdracht geen vervoersdocument is. Daarnaast zijn de gegevens vaak onvolledig of zelfs onjuist. De afzender is verantwoordelijk voor de classificatie van de te vervoeren producten.”
Maar in veel gevallen is de afzender niet te achterhalen, omdat het in de natte bulk gebruikelijk is dat partijen aan elkaar doorverkocht worden en er soms wel acht partijen in een keten zitten. “Soms lijkt de afzender bekend, maar dan wordt de partij weer FOB geleverd en is wederom de afzender niet te achterhalen. Het zou veel beter zijn als de vuller degene is die voor de juiste vervoersgegevens zorgt. Hij is immers diegene die het product in zijn tank heeft en dus exact weet om wat voor stof het gaat. Bij boord/boord-overslag ligt dit ook lastig.“
Controlelijst
Een andere optie is volgens het CBRB om in de controlelijst een punt op te nemen waarin de vuller en de schipper bevestigen dat de vervoersdocumentatie aanwezig is voorafgaande aan de reis. Zoals in het ADN staat:
Een vervoerder mag alleen in het geval zoals vermeld in art. 5.4.1.1.6.4 van het ADN een vervoersdocument opmaken (lege of geloste ladingtanks). Documenten mogen ook “on behalf of” ofwel namens de afzender opgesteld worden zonder dat de juridische verantwoording door een derde persoon worden overgenomen. Echter men dient hierbij wel in acht te nemen dat een dergelijke machtiging van de afzender schriftelijk vastgelegd is.
ISGINTT
De boord/boord-controlelijsten zijn onlangs in het ISGINTT-document opgenomen. Het doel van de ISGINTT is de veiligheid van het vervoer van gevaarlijke stoffen bij de wisselwerking tussen schip/schip en schip/walzijde (terminals) in de binnentankvaart te verhogen. Binnenkort komt er een Nederlandse versie van dit handboek.
“Met de totstandkoming van het ISGINTT is de laatste vier jaren door het verladende als het vervoerende bedrijfsleven veel werk verricht. De verdere ‘inburgering’ van de in het ISGINTT genoemde procedures kan dan echt beginnen.”
Menselijke factor
Voor de binnentankvaart waren 150 zogenoemde objectinspecties afgekondigd voor het jaar 2012. Dit zal teruglopen tot 80 in 2016. De inspectie houdt toezicht vanuit het beginsel dat er vertrouwen is tenzij het tegendeel wordt ervaren. Bij correcte naleving krijgen bedrijven minder toezicht en kunnen handhavingsconvenanten worden gesloten (dat heet horizontaal toezicht).
In 2011 is daarmee een begin gemaakt.
Het CBRB vindt dat daarnaast naar de menselijke factor gekeken moet worden. “Er is een toenemende druk op het personeel door personeelstekorten en/of competentiegebreken. Hier ligt een grote uitdaging.”