Het voornemen van de gemeente Maasgouw om de subsidie voor de drie musea binnen de gemeente fors af te bouwen en het Maas- en Scheepvaartmuseum zelfs te sluiten, heeft voor veel beroering gezorgd. Het gemeentebestuur vindt dat het museum geen bestaansrecht meer heeft door de te lage bezoekersaantallen en de hoge kosten. Het college wilde (een deel van) de collectie onderbrengen bij het Streekmuseum van Stevensweert. Vervolgens zou de collectie in 2012 kunnen verhuizen naar een expositieruimte in de nieuw te bouwen regiocentrale bij de sluis van Maasbracht.
Lobbyen
Tegenstanders lobbyden om de sluiting uit te stellen in afwachting van het gereedkomen van het regiocentrale bij de sluis van Maasbracht Zij vreesden dat door de sluiting de hele collectie uit elkaar zou vallen. Bovendien vinden ze dat het museum grote cultuurhistorische waarde heeft en van groot belang is voor Maasbracht op het gebied van recreatie en toerisme. De gemeenteraad bleek gevoelig voor die argumenten en drong er bij wethouder Twan Huyskens op aan om te onderzoeken of het museum kon worden behouden.
In een persbericht liet het museumbestuur weten niet akkoord te gaan met de gang van zaken: “Voorafgaande aan de behandeling in de gemeenteraad zijn er over de toekomst van het Maas- en Scheepvaartmuseum een tweetal artikelen verschenen in Dagblad De Limburger.
Wethouder
Naast uitlatingen door diverse personen in genoemde artikelen werd er bij de plaatselijke politieke partijen gelobbyd om de museumcollectie op de huidige locatie aan de Havenstraat voor de komende jaren te handhaven. Aan het zorgvuldig voorbereide raadsvoorstel, waarin zowel het museumbestuur alsook het college van B&W zich konden vinden, werd zowel in de krantenartikelen als door de leden van de gemeenteraad voorbij gegaan. Wethouder Huyskens heeft overigens het voorstel tijdens de raadsvergadering, namens het college van B & W, correct verwoord en verdedigd.”
Aftreden
“Tijdens de bestuursvergadering van het Maas-en Scheepvaartmuseum, afgelopen woensdag 10 februari bleek echter dat er binnen het bestuur – mede naar aanleiding van de uitspraken in de krantenartikelen en het politieke lobbywerk – diepgaande verschillen van opvatting bestaan over de toekomst van het Maas- en Scheepvaartmuseum.” Dat leidde tot het onmiddellijk aftreden van de secretaris (tevens tijdelijk voorzitter) Sjra Peters, penningmeester Karel Welters en bestuurslid Jos Tobben. De taken worden waargenomen door de overgebleven leden van het bestuur met als voorzitter Roelof Fransbergen. De twee andere bestuursleden, Theo Nout en Dick de Jonge, hebben te kennen gegeven voor het museum te willen blijven werken als vrijwilliger.
Roelof Fransbergen heeft de taak op zich genomen zo spoedig mogelijk een nieuw bestuur te formeren. Dit bestuur moet volgens hem de volgende prioriteiten stellen: overleggen met het gemeentebestuur over de nieuwe en ongunstige subsidieregeling, kostenvermindering bewerkstelligen en de inkomsten verhogen met als doel de collectie van het museum te handhaven op de huidige locatie.
(Jo Bindels)