Rijkswaterstaat is half juni gestart met de aanbesteding voor het project ‘Wilhelminakanaal Sluis II’. Hiermee is de volgende stap gezet in de opwaardering van het Wilhelminakanaal voor groter schepen: CEMT-klasse IV. De gunning is gepland in het tweede kwartaal van 2026.
Het project Wilhelminakanaal Sluis II wordt in opdracht van het ministerie van Infrastructuur & Waterstaat door Rijkswaterstaat uitgevoerd. Provincie Noord-Brabant en gemeente Tilburg betalen mee.
In totaal wordt 4 kilometer van het Wilhelminakanaal geschikt gemaakt voor klasse IV-schepen met maximaal toegestane diepgang van 2,80 meter. Het gaat om het stuk tussen de instroom van de Donge, ten westen van Sluis II in Tilburg, en Sluis III, ook in Tilburg. Nu kunnen daar nog maar schepen van CEMT-klasse II varen.
Sloop en vervanging
In de huidige situatie is het Wilhelminakanaal in Tilburg maar deels bevaarbaar voor schepen van klasse IV: vanaf de Amer tot aan de instroom van de Donge. Het doel is om het kanaal, tot en met Haven Kraaiven in Tilburg, bereikbaar voor deze grotere schepen.
Onderdeel daarvan is de sloop en vervanging van Sluis II. In 2017 werd Sluis III al vervangen. Die wordt nu ‘afgebouwd’ naar een kanaalpeil van 7,70 meter boven NAP.
“Door deze aanpak kunnen in de nabije toekomst meer goederen over water worden vervoerd”, aldus Rijkswaterstaat. Watergebonden Tilburgse bedrijven worden beter bereikbaar en dit biedt meer kansen voor de lokale economie.”
Eerst werd gedacht dat Sluis II dankzij de vervanging van Sluis III niet meer nodig zou zijn. Uit onderzoek bleek dat dit mogelijk daling van de grondwaterstand zou veroorzaken. Daarom komt er toch weer een nieuwe sluis, maar dan groter. In 2022 werd het project stilgelegd doordat stikstofregelgeving roet in het eten leek te schoppen.
Vooruitlopend op de aanbesteding vond in januari dit jaar de marktconsultatie plaats. Die is door 29 marktpartijen bezocht. Hierbij konden de bedrijven, vooral aannemers, reageren op de aanpak voor het project. De reacties en diverse individuele vervolggesprekken hebben bijgedragen aan de voorbereiding en invulling van de uiteindelijke aanbesteding.
Deze vroegtijdige samenwerking met de markt heeft onder andere geleid tot een langere aaneengesloten stremmingsperiode: achttien maanden in plaats van twaalf. Die extra tijd verwachten aannemers nodig te hebben voor de klus.
Vóór 2030 klaar
De aannemer die uiteindelijk wordt gekozen, krijgt binnen de kaders en randvoorwaarden van Rijkswaterstaat opdracht om zelf het ontwerp voor de nieuwe sluis uit te werken. “We geven de functionele eisen, de aannemer ontwerpt en bouwt de nieuwe sluis en voert een jaar onderhoud uit” legt Rijkswaterstaat uit. “Voor ons ligt de nadruk op betrouwbaarheid in de samenwerking met de aannemer en naar onze stakeholders.”
De keuze voor samenwerking met de markt geldt al tijdens de selectieprocedure. “Dat zetten we voort bij de dialooggesprekken met de partijen die zich aanmelden als gegadigde voor het contract. Tijdens die gesprekken komen we tot gezamenlijk vastgestelde uitgangspunten voor de realisatie, een evenwichtige risicoverdeling en zijn we in staat optimaal gebruik te maken van elkaars vakmanschap, kennis en ervaring. Zo helpen we elkaar naar gezamenlijk succes.”
Geïnteresseerde aannemerscombinaties kunnen zich tot uiterlijk 18 juli 2025 aanmelden voor de aanbesteding. Dat gaat via TenderNed, het officiële online aanbestedingssysteem van de Nederlandse overheid.
In het tweede kwartaal van 2026 wil Rijkswaterstaat het contract gunnen. In het najaar van 2027 moeten de werkzaamheden starten. De verwachting is dat de nieuwe sluis vóór 2030 in gebruik kan worden genomen.
