De overslag in de haven van Rotterdam is vorig jaar met 1 procent toegenomen tot 445 miljoen ton. Dat maakt 2014 in absolute cijfers tot een recordjaar, maar Allard Castelein noemde de stijging te klein om dat feit ‘al te zeer te benadrukken’.
De president-directeur van Havenbedrijf Rotterdam presenteerde de overslagcijfers vandaag (maandag 19 januari) aan de pers. Daarin maakte hij duidelijk dat er meer redenen zijn om geen groot feest te vieren vanwege die 445 miljoen ton.
Allard Castelein presenteert de cijfers van 2014.
De verschillende marktsegmenten hebben namelijk heel wisselend gepresteerd. Waar de containersector voor vreugde zorgt met een plus van 5,8 procent (in TEU’s), groeiden ook agribulk (9,2 procent) en breakbulk (12,1 procent). Daartegenover staat de daling – wederom – in de overslag van olieproducten: een min van 8,1 procent. Ook ertsen en schroot verloren: 5,2 procent. Kolen liep 0,9 procent terug. Daarentegen ging er weer wel 4,8 procent meer ruwe olie door de haven.
Veelzijdig
Volgens Castelein profiteert Rotterdam van de veelzijdigheid van het ladingpakket in de vorm van spreiding van de afhankelijkheid. Dalers in de ene sector worden opgevangen door een andere. Tegelijkertijd betekent het wel dat het Havenbedrijf zich op alle borden moet inspannen om de positie als beste danwel grootste haven te behouden.
‘Voor 2015 verwachten we dezelfde groei: 1 procent. Ook dit jaar komt die groei naar verwachting vooral van de containersector. De komende jaren zullen we de bestaande, omvangrijke sectoren in de haven koesteren, maar tegelijkertijd zetten we sterk in op innovatie en het verbreden van de activiteiten in de haven. We hebben beide nodig voor een gezonde toekomst.’
Verandering van tijdperk
Castelein ging in op de uitdagingen waar de haven voor staat. Hij sprak van structurele wijzigingen in de wereld – en daarmee ook in de haven. ‘Het is geen tijdperk van veranderingen maar een verandering van tijdperk.’
Dat is onder meer merkbaar in de energiesector, de chemie en de logistiek. ‘Om de haven ook op lange termijn een stevige pijler onder onze welvaart te laten zijn werken we met het bedrijfsleven aan innovatie en verbreding van de activiteiten in de haven. Dat zien we nu al terug in de toename van offshore activiteiten, maar ook verder verduurzaming van de energie- en chemiesector zijn nodig. We zetten in op het verhogen van de efficiency in de industrie en op het ontwikkelen van biobased industrie.’
‘Voor de containersector is vooral de verdere ontwikkeling van de achterlandverbindingen van groot belang. Dit jaar zijn de nieuwe containerterminals op Maasvlakte 2 nog druk met opstarten, vanaf 2016 komt er echt capaciteit bij voor verdere groei.’
Droog massagoed daalt minimaal
De overslag van droog massagoed daalde in 2014 met 0,7 procent tot 88,6 miljoen ton. De Duitse staalindustrie draaide vorig jaar op 87 procent van haar capaciteit. Onder ander vanwege renovatie van hoogovens in Duitsland werd 5,2 procent minder ertsen en schroot overgeslagen in Rotterdam. De overslag van kolen daalde 0,9 procent.
De overslag van kolen daalde 0,9 procent. (foto’s Tekst & Toebehoren)
Hoewel de overslag van cokeskolen voor de staalindustrie doorgaans in lijn is met de overslag van ertsen en schroot, nam deze in 2014 toe door concentratie van de aanvoer via Rotterdam. Ladingstromen uit andere havens werden naar de Maasstad verlegd. Dat positieve effect werd echter meer dan teniet gedaan doordat minder kolen voor elektriciteitscentrales nodig waren vanwege de zachte winter en de toename van opwekking van hernieuwbare energie in Duitsland.
De overslag van agribulk nam toe met 9,2 procent; vooral doordat meer tarwe werd uitgevoerd en tegelijkertijd meer maïs en soja werden ingevoerd. De categorie overig droog massagoed bestaat vooral uit grondstoffen voor de bouw en de industrie. Er werd 6,8 procent meer van deze goederen overgeslagen, met name door het aantrekken van de wereldeconomie.
Nat massagoed in de min
De overslag van nat massagoed nam met 2,1 procent af tot 202,5 miljoen ton. Dit marktsegment is 45 procent van de totale overslag in Rotterdam, zodat een beperkte daling een forse invloed heeft op het totale overslagcijfer. De overslag van ruwe olie nam 4,8 procent toe. De raffinaderijen hadden minder onderhoudstops en een hogere bezettingsgraad.
De categorie minerale olieproducten liet in 2014 met 8,1 procent de grootste afname zien. Belangrijkste factoren zijn de concurrentie van nieuwe tankterminals in andere havens en een afname van de overslag van nafta. Dat laatste is een belangrijke grondstof voor de chemie. Deze sector kampt in Europa met moeilijke marktomstandigheden.
Overigens heeft de overslag van olieproducten de laatste tien jaar een sterke groei doorgemaakt: in 2014 werden ondanks de daling nog steeds meer dan twee keer zoveel minerale olieproducten overgeslagen als in 2004.
De overslag van LNG is qua omvang nog bescheiden (1,2 miljoen ton) maar maakt wel een stormachtige groei door met 59,5 procent. Die is vooral te danken aan de re-export van LNG.
De categorie overig nat massagoed bestaat met name uit chemische producten. De daling van 7,4 procent is hoofdzakelijk te verklaren door het gegeven dat de Europese chemische industrie moeilijk kan concurreren met die overzee. Energie en grondstoffen zijn elders in de wereld aanzienlijk goedkoper.
Containers laten flinke plus zien
De overslag van containers is met 5,8 procent toegenomen tot 12,3 miljoen TEU (aantallen) en met 5,2 procent tot 127,6 miljoen ton (gewicht). Die forse stijging laat zich verklaren door een combinatie van factoren. De economie in zowel de eurozone als het Verenigd Koninkrijk trekt aan. Daardoor zijn met name de deepsea-volumes op de scheepvaartroutes naar Azië en Noord-Amerika toegenomen. Bovendien zijn de eerste effecten van de schaalvergroting in de containervaart merkbaar: Rotterdam is een aantrekkelijke haven voor de steeds groter wordende schepen.
Breakbulk is een combinatie van roll on/roll off-verkeer en overig stukgoed. De overslag in deze categorie nam toe met 12,1 procent tot 26,0 miljoen ton. Het roroverkeer nam 8,1 procent toe, vooral door het aantrekken van de Britse economie. In de categorie overig stukgoed deden met name staal, non-ferro metalen en projectlading het goed. Het overig stukgoed, jarenlang op zijn retour doordat steeds meer lading in containers verdween, deed het met een groei van 28,1 procent naar 6 miljoen ton buitengewoon goed.