Nog deze maand start het Transitiecomité met de voorbereiding van een plan van aanpak voor een beter gecoördineerde belangenbehartiging van de binnenvaart. Als input zal onder andere een groot onderzoek dienen onder schippers met als centraal thema de organisatiebereidheid van binnenvaartondernemers. Dat onderzoek wordt in april en mei gehouden in de vorm van een enquête, per post en via internet.
Minister Melanie Schultz van Infrastructuur en Milieu heeft Arie Kraaijeveld benoemd tot voorzitter van het Transitiecomité Binnenvaart. Samen met de voorzitters van Koninklijke Schuttevaer, Kantoor Binnenvaart en CBRB zal hij op basis van de tien aanbevelingen van binnenvaartambassadeur Arie Verberk de komende drie jaar de binnenvaartvertegenwoordiging trachten te verbeteren.
Het transitiecomité moet vóór de zomer een plan van aanpak hebben, waarin is vermeld welke partijen aan zet zijn. Het comité bestaat naast Kraaijeveld uit de voorzitters van de drie grote binnenvaartorganisaties: Annemarie Jorritsma van Koninklijke Schuttevaer, Roland Kortenhorst van KB en Pieter Struijs van het CBRB.
CAO
Het onderzoek wordt gedaan door het bureau AHADATA van Angelique Hubens. De aanleiding om te onderzoeken wat schippers beweegt om zich (niet) aan te sluiten bij een brancheorganisatie was weliswaar de conclusie van Verberk dat de organisatiegraad te laag is, maar werd tevens ingegeven door de mislukte algemeen verbindend verklaring van de CAO voor de binnenvaart – eveneens als gevolg van de lage organisatiegraad. Een CAO moet voor zo’n verklaring betrekking hebben op ten minste 55 procent van de werknemers, maar de aangesloten werkgevers zijn goed voor slechts circa 52 procent. Vorige week kwam er wel een bedrijf bij via het CBRB, met veertig werknemers in dienst, maar het percentage is nog steeds te laag. Het CBRB houdt 10 mei een debat over de CAO in de binnenvaart tijdens de beurs Construction and Shipping Industry in Gorinchem.
Onderzoek
De opdracht voor het onderzoek naar een dieper inzicht in de oorzaak van de lage organisatiegraad werd verstrekt door KB en CBRB.
Ook andere organisaties komen aan bod in het onderzoek (onder andere Koninklijke Schuttevaer en NPRC) maar centraal staat de aansluiting bij sociaal-economische organisaties (KB, CBRB, ASV, Waterbouwers, VEB). De organisatiegraad van binnenvaartondernemers is momenteel 30 à 35 procent. Bij een vorig onderzoek door Hubens in 1999 was dat nog 40 procent. De belangrijkste vraag zal zijn of de ongeorganiseerden weten wat organisaties voor hen doen en liften ze bewust mee op de bagagedrager van collega’s die wel contributie betalen aan een organisatie.
Eind juli moeten de resultaten van het onderzoek bekend zijn.
Transitiecomité
Arie Kraaijeveld (1943) is eigenaar van adviesbureau Crowfield in Haarlem en voorzitter van het Innovatieplatform Twente en van de Raad van Toezicht van het Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium. Hij was van 2005 tot eind 2010 voorzitter van het Netherlands Water Partnership. Daarvoor was hij, van 1998 tot 2004, voorzitter van metaalwerkgeversorganisatie FME.
Arie Kraaijeveld.
Binnenvaartambassadeur Arie Verberk concludeerde dat de binnenvaart haar mogelijkheden slecht benut door een gebrek aan professionaliteit en onvoldoende samenwerking. Eén van zijn tien actiepunten was de vorming van een onafhankelijk transitiecomité om in drie jaar tijd één organisatie te vormen van de verschillende vertegenwoordigingen. Dat zou de sector volgens Verberk minder gevoelig maken voor de conjuncturele schommelingen.
Die aanbeveling wordt – onder druk van CBRB en Koninklijke Schuttevaer – niet precies gevolgd. Het Transitiecomité zal niet onafhankelijk opereren en het streven naar één organisatie is in elk geval voor Koninklijke Schuttevaer niet bespreekbaar. Directeur Kees de Vries: “Eén organisatie is een brug te ver. Maar we kunnen de samenwerking altijd beter doen dan nu en we werken graag mee aan een poging een flinke stap dichter bij elkaar te komen. We gaan hier met open vizier in en willen er iets moois van maken.”
Hoger peil
Het CBRB vond een onafhankelijk Transitiecomité Binnenvaart niet aanvaardbaar. “We gaan niet iemand anders over het CBRB laten beslissen”, zegt directeur Jan Vogelaar resoluut. “Dat kunnen we niet maken tegenover onze leden. De enige eis die we hebben gesteld aan de voorzitter is dat het iemand zou zijn die enig idee heeft van een organisatie als de onze.”
Dat impliceerde dat het niet Arie Verberk moest zijn. Zowel De Vries als Vogelaar had zich al eerder kritisch uitgelaten over de wijze waarop Verberk de binnenvaart neerzette na zijn onderzoek als binnenvaartambassadeur.
Ook het CBRB wil open het overleg in gaan. “We staan daar niet blanco in. We vinden wat we al tien jaar vinden: de belangenbehartiging kan een verrekte hoop beter, moet een verrekte hoop beter. We zullen alles op tafel moeten leggen en beslissen wie wat gaat doen en wie wat bepaalt. Dat betekent voor ons niet dat andere organisaties zouden moeten verdwijnen.”
Het door het KB geïnitieerde onderzoek door Angelique Hubens vindt Jan Vogelaar “prima”.
Erik van Toor, manager van Kantoor Binnenvaart, is heel blij met de benoeming van Arie Kraaijeveld. “Iemand met bestuurlijke ervaring, die ondernemers kent.” Na die benoeming zijn de voorbereidingen al begonnen. Het zijn de voorzitters van de drie organisaties die deel uitmaken van het Transitiecomité, maar de directeuren Vogelaar, De Vries en Van Toor bereiden de werkzaamheden van het comité voor.
Van Toor: “Het Kantoor Binnenvaart gaat hier helemaal open in. Het doel is duidelijk: de belangenbehartiging van de schipper op een hoger peil brengen, vergelijkbaar met bijvoorbeeld TLN. We hebben veel te winnen.”