Vanaf 1 juli moeten bemanningsleden van binnenvaartschepen die op LNG varen aan nieuwe eisen voldoen. Het gaat om de schipper en de bemanningsleden die zijn betrokken bij het bunkeren van het vloeibaar aardgas. Zij moeten straks in het bezit zijn van een LNG-verklaring. Die kunnen ze behalen door het volgen van een opleiding en het slagen voor het afsluitende theorie- en praktijkexamen.
De LNG-verklaring is vijf jaar geldig en kan worden verlengd door het aantonen van vaartijd op een LNG-schip of het volgen van een opfriscursus en slagen voor het bijbehorende examen.
Overgangsregeling
Bemanningsleden van schepen die vóór 1 juli 2016 zijn begonnen met het gebruik van LNG als brandstof, kunnen een LNG-verklaring aanvragen als zij op grond van een aanbeveling van de Centrale Commissie voor de Rijnvaart zijn opgeleid en een vaartijd kunnen aantonen van tenminste negentig dagen op schip da top LNG vaart. De vaartijdverklaring wordt afgegeven door de Stichting Afvalstoffen en Vaardocumenten Binnenvaart. Binnenkort is op de website van de SAB te lezen hoe deze verklaring kan worden aangevraagd.
LNG-verklaring
Voor de LNG-verklaring moeten bemanningsleden bij het CBR zijn. Alleen erkende opleidingsinstituten mogen, onder toezicht van het CBR, cursussen en examens over LNG verzorgen.
Vanaf 1 juni kunnen opleiders bij het CBR de erkenning aanvragen. Informatie over de wijze waarop een erkenning kan worden aangevraagd en welke voorwaarden daaraan zijn verbonden, is vanaf half mei op de website van het CBR te vinden. Daar zal ook de overgangsregeling te lezen zijn.
