In januari en februari heeft Rijkswaterstaat bij stuw- en sluiscomplex Lith getest een laserstraal een nuttige toevoeging is aan de bestaande vaarwegmarkering. De uitkomst is dat de laser niet de gehoopte meerwaarde oplevert voor de veiligheid.
Parallel aan de proef met de laser testte Rijkswaterstaat ook lokale live-berichtgeving via AIS. Die tekstberichten bieden volgens de vaarwegbeheerder wél interessante uitkomsten.
Niet altijd goed zichtbaar
Onderzocht is of een horizontale laserstraal over de vaarweg meer duidelijkheid kan geven over de route die schippers moeten volgen bij het passeren van een stuw- en sluiscomplex. Tijdens de pilot bij Lith op de Maas is samen met schippers en ervaringsdeskundigen de meerwaarde onderzocht. Uit die analyse blijkt dat laserstralen als aanvullende scheepvaartmarkering onvoldoende meerwaarde bieden voor een veiliger passage van kunstwerken.
De zichtbaarheid van de laser varieert namelijk sterk, afhankelijk van de weersomstandigheden. Bij dichte mist maar ook bij zeer helder weer was de laserstraal moeilijk te zien. “Juist dat de zichtbaarheid van de laser is van groot belang om van toegevoegde waarde te zijn”, stelt Rijkswaterstaat.
AIS-berichten
Verder is ook het gebruik van AIS-berichten op de digitale kaart (EDCIS) onderzocht. Daarbij werd belangrijke lokale vaarweginformatie live naar schepen gestuurd en als bericht op de lokale digitale kaart (ECDIS) weergegeven.
Uit de evaluatie blijkt dat schippers veel waarde hechten aan deze actuele scheepvaartberichten. Daarom gaat Rijkswaterstaat de komende tijd meer proeven doen met deze AIS-berichten.