Rijkswaterstaat en aannemer Van de Herik zijn tien dagen geleden begonnen met de verbreding en verdieping van de laatste kilometers vaarweg in het volledig gestremde Julianakanaal.
In de aanloop naar de stremming werden de afgelopen weken al vele werkzaamheden verricht zoals het uitbaggeren van het kanaal ter hoogte van sluis Born. Op de kanaalbodem lag daar een dikke laag slib, die weg moest om met succes aan het laatste traject te beginnen.
Daarna was het tijd om met de eigenlijk klus te beginnen: het opbouwen van de tijdelijke dam in het Julianakanaal. Eerst legden de werklieden van de aannemer een kleilaag op de kanaalbodem. Om deze goed af te dichten, werd voorkomen dat er water onder de dam door kon stromen. Dit zorgde voor een solide situatie en voorkwam overmatig pompen. Op de kleilaag legden ze een waterdichte doek en grote gevlochten matten van rijshout, die met stenen op zijn plaats werden gehouden.
Deze week kon begonnen worden met het opbouwen van de eigenlijke dam. Van de Herik gebruikt daar breukstenen voor. Dat zijn stenen met een zeer onregelmatige vorm. Ze zijn met grote zeeschepen uit Noorwegen en Denemarken gehaald, in Rotterdam overgeladen op binnenschepen. Het vrachtschip Riposa uit Roermond lag midden op het kanaal en geladen met stortstenen. Kraanschip Novamente haalde met een grijper de stenen uit het ruim van het schip en deponeerde ze op de dam. Aan weerskanten van het kanaal was de dam al zichtbaar. Een bulldozer legde de stenen op de juiste plaats. Als de basis van de dam straks klaar is, worden de gestorte stenen bedekt met een kleilaag en grote zinkstukken. Zo ontstaat een waterdichte kering. Naar verwachting zal het bouwen van de dam nog enige weken in beslag nemen.