- Advertentie -
- Advertentie -
HomeNieuwsCrisisberaad roept hulp EUR in

Crisisberaad roept hulp EUR in

- Advertentie -

Delen

Het Crisisberaad heeft de Erasmus Universiteit een economische onderbouwing laten maken om te laten zien tot welk niveau onder de huidige marktomstandigheden capaciteit (tijdelijk) uit de markt kan worden genomen zonder dat dit tot prijsopdrijving en daarmee tot verstoring van concurrentieverhoudingen leidt. Dat blijkt uit een brief die staatssecretaris Huizinga van V&W afgelopen dinsdag aan de Tweede Kamer stuurde.

“Het overleg tussen het Crisisberaad en de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) is momenteel, mede op basis van het Erasmus rapport, nog gaande. Mijn ministerie speelt daarin een actieve rol. Ik verwacht dat de gesprekken met de NMa begin 2010 kunnen worden afgerond en het Crisisberaad zijn definitieve voorstel zal presenteren”, aldus Huizinga.

Banken
De toegestane omvang van de regeling is nog afhankelijk van het lopende overleg met de NMa. “Daarom is nog niet precies te zeggen hoeveel geld nodig zal zijn voor de financiering.” Het Crisisberaad verwacht dat circa 90 miljoen euro nodig is voor een periode van maximaal vijf jaar.
Huizinga is het met het Crisisberaad eens dat op de banken een beroep wordt gedaan voor de financiering van de regeling. “Voor mij is helder dat de banken een groot belang hebben bij het welslagen van het crisisplan. In geval van faillissementen zullen immers de banken als hypotheekverstrekkers met grote financiële verliezen worden geconfronteerd.”

Bodemtarieven

Huizinga stelt dat bodemtarieven – waarvoor SP-Kamerlid Emile Roemer pleitte – niet toegestaan zijn. “Ik heb een juridische analyse laten maken of het juridisch mogelijk is om tot bodem- of minimumtarieven in de binnenvaart te komen. De conclusie luidt dat minimumtarieven in de binnenvaart niet geoorloofd zijn, met name vanwege richtlijn 96/75/EG (bevrachting en prijsvorming in de binnenvaart).”
In een bijlage bij de brief geeft de staatssecretaris de onderbouwing. Een van de argumenten luidt: “Artikel 2 van de Richtlijn vormt de hoofdregel en bepaalt dat op het gebied van het nationale en internationale goederenvervoer over de binnenwateren in de EU door de betrokken partijen vrij overeenkomsten worden gesloten en vrij over de prijzen wordt onderhandeld. In het kader van de overgangsperiode bepaalt artikel 3 vervolgens dat de lidstaten tot uiterlijk 1 januari 2000 de mogelijkheid hebben om onder voorwaarden een stelsel van verplichte minimumtarieven (en bevrachtingssystemen volgens toerbeurt) te handhaven. Hieruit volgt onmiskenbaar dat de lidstaten ná deze datum niet meer bevoegd zijn om minimumtarieven voor te schrijven.”

Ernstige verstoring
Er zou een uitweg zijn: artikel 7 van de richtlijn. “Deze bepaling stelt dat in geval van ernstige verstoring van de markt de Commissie op verzoek van een lidstaat maatregelen kan nemen die iedere verdere toename van de op de betrokken markt aangeboden vervoerscapaciteit moeten tegengaan. Deze bepaling biedt dus niet de lidstaten de mogelijkheid om zelf maatregelen te treffen.”
“Op grond van artikel 6 van Verordening (EG) nr. 718/1999 betreffende het beleid ten aanzien van de capaciteit van de communautaire binnenvaartvloot met het oog op de bevordering van het vervoer over de binnenwateren (PbEU 1999 L 90) kan de Commissie in geval van een ernstige verstoring van de binnenvaartmarkt, zoals omschreven in artikel 1 en 7 van Richtlijn 96/75/EG, op verzoek van een lidstaat de “oud voor nieuw”-regeling reactiveren.”
Huizinga verwacht niet dat de Europese Commissie zal overgaan tot de instelling van minimumtarieven. Tijdens de hoorzitting op 16 en 17 november verklaarde de Commissie volgens haar al uitdrukkelijk dat minimumtarieven niet zullen worden geïntroduceerd of worden toegestaan.

Delen

- Advertentie -

Meer

Laat een reactie achter

Vul uw opmerking in!
Vul je naam in

- Advertentie -
- Advertentie -

- Advertentie -
- Advertentie -