Na zeven jaar heeft de binnenvaart sinds 1 januari weer een bedrijfstak-cao. Na inspanningen van de twee binnenvaartorganisaties zijn nu voldoende werkgevers aangesloten bij CBRB en BBU samen voor de vereiste representativiteit. Zodoende konden ze de algemeen bindend-verklaring aanvragen bij het ministerie van Sociale Zaken & Werkgelegenheid. Vlak vóór Kerst ondertekenden CBRB en BBU (de werkgevers) en Nautilus International en CNV Vakmensen (de werknemers) de nieuwe cao.
Looptijd: één jaar
Sinds 2006 moest de binnenvaart het stellen zonder bedrijfstak-cao. De nieuwe collectieve arbeidsovereenkomst heeft een looptijd van 1 januari tot en met 31 december 2013. Als het ministerie overgaat tot algemeen bindend-verklaring – naar verwachting gebeurt dat in februari – geldt de cao voor alle werkgevers en werknemers in de sector.
Die nieuwe cao steekt anders in elkaar dan de vorige. Op hoofdlijnen hadden werkgevers en werknemers enkele jaren geleden al afspraken gemaakt over de inhoud. Die konden toen niet algemeen verbindend worden verklaard aangezien de daarvoor vereiste representativiteit ontbrak; minimaal 55 procent van de werknemers in de binnenvaart moet in dienst zijn bij de aangesloten werkgevers. Aan het eind van 2012 bleek echter dat het Centraal Bureau voor de Rijn- en Binnenvaart en de BinnenvaartBrancheUnie gezamenlijk inmiddels wél voldoende werkgevers als lid hebben.
Lonen omhoog
Afgesproken is nu dat het cao-loon over de laatste zeven cao-loze jaren wordt geïndexeerd. Het systeem van automatische prijscompensatie blijft gehandhaafd, al zijn voor dit jaar afwijkende afspraken gemaakt. De lonen gaan per 1 januari 2013 met 0,5 procent omhoog en per 1 juli met 1,5 procent.
De nieuwe cao is een uniforme basisregeling die door alle werkgevers in de bedrijfstak kan worden toegepast. Individuele arbeidsovereenkomsten kunnen rechtstreeks op de cao worden toegepast, maar de cao kan ook als uitgangspunt worden gebruikt voor collectieve regelingen op ondernemingsniveau. De bepalingen uit de overeenkomst gelden dan wel als minimumeisen.
Nieuw beloningsstelsel
De cao introduceert een nieuw beloningsstelsel dat uit vier onderdelen is opgebouwd: het (basis)loon, een onregelmatigheidstoeslag, een toeslag voor het werken op zaterdagen en/of zondagen en een overwerkvergoeding. Met die combinatie zou voor elk dienstrooster de juiste beloning moeten kunnen worden bepaald.
In het nieuwe stelsel is de beloning uitsluitend verbonden aan de inzetbaarheid van de werknemer, terwijl de oude cao een beloning kende die deels gekoppeld was aan de exploitatiewijze van het schip. De vakbonden hebben bij de introductie van het nieuwe beloningsstelsel bedongen dat de nieuwe beloning zodanig moet worden vastgesteld dat individuele werknemers er niet op achteruit gaan.
Pensioen
De nieuwe cao regelt dat werkgevers 0,2 procent van het SV-loon afdragen aan de Stichting CAO Binnenscheepvaart. Die bijdrage is bestemd voor de begeleiding van leerling-matrozen tijdens de beroepspraktijkvorming en andere activiteiten van het Onderwijs Centrum Binnenvaart. Bovendien gaat de stichting controleren op naleving van de cao.
Werkgevers en werknemers zijn het ook eens geworden over enkele wijzigingen in de pensioenregeling die wordt uitgevoerd door het Bedrijfspensioenfonds voor de Rijn- en Binnenvaart. Zo wordt de ‘pensioenrichtleeftijd’ al per 1 januari 2013 in plaats van 1 januari 2014 (of 2015) verhoogd tot 67 jaar. Dat betekent dat nieuw op te bouwen pensioenaanspraken ingaan op 67-jarige leeftijd. De bestaande, reeds opgebouwde aanspraken blijven wél ingaan op 65-jarige leeftijd. De pensioenpremie blijft in 2013 ongewijzigd.