Vijftig jaar is hij nu directeur van het KSCC én vijftig jaar priester. Tweede Kerstdag is het voor de in alle windrichtingen bekende Bernhard van Welzenes feest. Hij ontfermt zich als landelijk aalmoezenier over kermisexploitanten, circusvolk en varenslieden. Een spraakwaterval moet je zijn in dit vak. Want als Gods afgevaardigde in het ondermaanse heb je luisteraars. Een boodschap. Die troost moet bieden in dit moeilijke maar mooie leven. En wat is mooier dan een reizend leven. Al kan het trekkend bestaan hard werken betekenen. Een pittig leven zijn.
Wie reist, ondervindt een steeds veranderend perspectief van vergezichten. Juist mensen die in beweging zijn, hebben misschien meer houvast nodig. Zij vinden dat in de Nijmeegse binnenhaven aan boord van het Katholiek Sociaal Cultureel Centrum. Daar biedt deze letterlijk veilige thuishaven het reizend volk sociale en pastorale hulp. Met de inzet van vele vrijwilligers. Waardoor de aalmoezenier zijn werk kan verrichten. Het centrum is een plek om uit te huilen, verdriet te verwerken en om troost te vinden. Maar ook worden er huwelijken gesloten en kinderen gedoopt. De Jos Vranken, waarop het KSCC is gehuisvest, is een centrum voor de hele trekkende bevolking van Nederland – en daarbuiten.
Circus en carnaval
Het eerste, andere schippercentrum werd in 1975 gekocht. Sinds 1969 is Bernhard van Welzenes nu aalmoezenier. Dus hij is wel bekend in het Nijmeegse politieke en sociaal-culturele leven. En niet alleen heeft hij oor voor zijn parochie in de Waalstad. In Europa is hij mede de aanjager van het onderwijs aan schippers-, kermis- en circuskinderen en is hij secretaris-generaal van de mondiale oecumenische en diaconale organisatie van pastores. Namens de christelijke kerken werkend in de kermis- en circuswereld, is hij ook kind aan huis in Monaco. Waar hij regelmatig te gast is bij de prinselijke familie op het internationale circusfestival.
Ook mag Van Welzenes graag op geheel eigen wijze het voortouw voor de carnavalsmis nemen. Hij heeft heel wat verschillende clubs ingezegend.
Mens onder de mensen
Het is niet alleen feest, natuurlijk. Wanneer er in zijn parochie verdriet of zorgen zijn, geeft hij mensenharten een steuntje. Want Bernhard van Welzenes is een mens onder de mensen. Voor alle gezindten. De verbinding zoekt hij. De aalmoezenier probeert dat te allen tijde tot stand te brengen. Altijd op zoek naar de oplossing. Door te luisteren naar mensen in deze tijd van sterke individualisering. Of ze nou gelovig of niet gelovig zijn, homo of lesbisch.
“Je moet het met plezier doen, humor hebben.” Je hoeft geen theologische hoogstandje te verrichten volgens ‘de Aal’ om de mens te dienen. Waarom geen leken als priester inwijden? Van Welzenes maakt zich zorgen om de aanwas van nieuw priesterschap.
Rol van de vrouw
‘It’s a Man’s Man’s World’ zong de legendarische James Brown ooit. In de kerkelijke wereld is dat volgens Bernhard van Welzenes niet anders. De rol van de vrouw is door de eeuwen heen verdrongen door de mannenbroederschap. “De vrouw speelde ooit een grote rol. Zij houdt de kerk levend. Als alle vrouwen het werk neer zouden leggen, stort de gehele maatschappij in. De vrouw en de man zijn nu tenslotte gelijkberechtigd. De vrouw heeft iets relationeels in zich. Dat emotionele. Zij is verbindend. De mannencultuur vergeet dat. Ook ik ben me dat niet altijd bewust. De vrouw heeft een specifieke kracht en de man heeft dat. Samen vormen zij een geheel.”
De aalmoezenier haalt de foto’s van zijn ouders tevoorschijn om zijn verhaal kracht bij te zetten. “Mijn moeder liep – hup – zo over een smal loopplankje. Bij mijn vader moest je er een roeiboot onder schuiven. Moeder klom zo een zeeboot over. Mijn vader, afkomstig uit de slagerswereld, scheet in z’n broek als hij dat moest doen.
Kempenaar
Van Welzenes heeft een schippersachtergrond. “Rijnvaart. Dat heb ik altijd leuk gevonden om de binnenvaart zo te noemen.” Zijn grootvader had een van de eerste gemotoriseerde kempenaars. “Gebouwd in Dodewaard. In het schip stond een Stork-motor van 250 pk. Wat een flinke jongen was voor die tijd.”
Als hij komt te overlijden wil hij in Millingen worden begraven. Waar nog altijd veel schippers wonen. In 1975 waren zij het die precies in de gaten hadden waar het lek zat in de binnenvaart. Waar destijds de problemen zaten. Ze gingen staken. Vanwege die sigarenrokende herenschippers die op het ‘klootjesvolk’ neerkeken met hun sjieke etentjes. Dat moest afgelopen zijn.
“De zorgen van schippers zijn hetzelfde als op de wal, hoor?! Al bracht dat staken niets. Het bracht geen verbinding. Ze dreven de mensen juist uit elkaar. Destijds ben ik bij heel wat van die stakers op bezoek geweest. Ik vroeg of ze zich nou als ondernemer zagen of als een soort taxichauffeur met een lading vracht. Er was geen visie. Het transport over water heeft altijd zowel grote als kleine schepen nodig. Vervoerszekerheid.”
Videopodcast
Het wordt tijd om ‘de Aal’ op de foto te zetten. Want hij moet weer op pad. Een begrafenis in Millingen. Ook een schip dat stil ligt, kan volop in beweging zijn.We krijgen te horen dat het, kort geleden geopende, scheepvaartmuseum in het KSCC zal worden uitgebreid. Bernhard van Welzenes neemt ons even mee naar de nieuwe ruimte. Waar hij zijn wekelijkse videopodcast maakt. Voor zo’n drieduizend luisteraars per keer. In de bovenruimte komt ook meer plaats voor alle modellen, boeken en meer Rijnvaartparafernalia.
Voor de foto moet worden geïmproviseerd. Want helaas wil de kerststemmige buitenverlichting niet meewerken. Ergens zit kortsluiting. Dus geen schitterend sfeervol beeld aan dek. De aardlekschakelaar knalt er steeds uit. Dat moet zeker tegen Kerst natuurlijk gerepareerd zijn. Want zonder licht geen leven in de wereld van een aalmoezenier.
tekst: Frank Antonie van Alphen
Peofisiat