De gebruikszekerheid van de vaarwegen in Zuid-Nederland is alarmerend slecht. Volgens het Centraal Overleg Vaarwegen is het schering en inslag met beperkingen en stremmingen.
“De betrouwbaarheid van de vaarwegen laat juist in een tijd waarin de overheid bedrijven stimuleert om gebruik te maken van vervoer over water, ernstig te wensen over”, stellen de in het COV samenwerkende organisaties: evofenedex, het Centraal Bureau voor de Rijn- en Binnenvaart, de Vereniging van Waterbouwers en Koninklijke BLN-Schuttevaer 3 februari in een gezamenlijk persbericht. Ze luiden ook de noodklok over de slechte staat van onderhoud en willen dat Rijkswaterstaat dit voortvarender oppakt met het bedrijfsleven.
Schijndel, Helmond, Weurt, Empel…
Ze geven een aantal voorbeelden: “Plotselinge problemen bij sluis Schijndel en Helmond omdat de scharnieren (taatskappen) blijken af te brokkelen. Onverwachtse tandwielschade aan sluis Weurt. De kelder van de aanvaarbeveiliging van sluis Empel die onder water loopt.” Die problemen leidden tot kortere of langere (ongeplande) stremmingen. “Wat staat ons de komende maanden nog te wachten?”
De gevolgen voor het vervoer zijn enorm, aldus de organisaties. “Mengvoederfabrieken die ineens grote hoeveelheden extra voorraad moeten aanleggen of juist dreigen leeg te lopen vanwege gestokte aanvoer van grondstoffen. Essentiele goederen voor de levensmiddelenindustrie en supermarkten die te laat komen.”
Gesprek
Er staat een gesprek met de hoofdinspecteur-directeur van Rijkswaterstaat Zuid-Nederland gepland. Vervoerders, verladers en bouwers eisen een professionelere aanpak en betere communicatie. “Snel moet inzichtelijk worden welke problemen er op korte termijn nog meer te verwachten zijn en hoe het bedrijfsleven geholpen gaat worden om de gewenste goederenstroom tijdig op de bestemming te krijgen.”
