Heette de vervoersmarkt de afgelopen jaren volgens sommigen oververhit, dan is die markt momenteel flink afgekoeld. VT-directeur Niels Groenewold heeft er echter alle vertrouwen in dat het op den duur wel weer goed komt. “De markt is er, alleen moet het vertrouwen terugkomen om alles te financieren.” De uitbreiding van de vloot van VT zet door. In het geval van het nieuwe mts Veeningen komt er zelfs een compleet ladingpakket bij. De Veeningen vervoert lading met een temperatuur van 80 graden.
Het leidingwerk op de Veeningen
kreeg speciale aandacht tijdens de afbouw.
“Het gaat om het vervoer van hydrowax van Pernis naar Moerdijk, dat de Veeningen vijf jaar lang zal gaan doen”, vertelt Niels Groenewold. “Een nieuw transport, waarvoor de Veeningen speciaal is gebouwd.”
Hydrowax
Hydrowax is een paraffine, een dikke, stroperige vloeistof die als bijproduct komt uit de hydrocrackerfabriek in de Shell Pernis raffinaderij. In Moerdijk heeft Shell een nieuwe kraker neergezet, waar de hydrowax wordt bewerkt en er een grondstof wordt verkregen voor matrassen en meubilair. Het vervoer van vrij grote hoeveelheden hydrowax betekent dat er speciale eisen worden gesteld aan de vervoerder. Het schip – in dit geval de Veeningen van VT – moet de lading voortdurend op 80 graden Celsius houden, ook als het door de leidingen wordt gepompt.
Niels Groenewold: “Dat betekent dat alle leidingen zijn geïsoleerd en verwarmd moeten kunnen worden.” Deze ‘getracede’ leidingen en pompen aan boord vormen met de verwarmde tanks een complexe noviteit aan boord van de Veeningen. Er is ook een complete verwarmingsinstallatie aangebracht en twee tanks met spoelolie completeren de speciale voorzieningen voor dit vervoer van hydrowax.
“Die spoelolie is nodig om als de verwarming is uitgevallen het leidingsysteem schoon te kunnen spoelen. Je kunt de verwarmingsinstallatie vergelijken met die op bitumentankers. Bij VT hadden we daar geen ervaring mee. Bij Zwaans & Van den Heuvel (één van de bedrijven die in VT zijn opgegaan – red.) wel. Het is goed om deze expertise in huis te hebben. Zo verbreden we ons vervoerspalet.”
Bunkerschip
Het casco voor de Veeningen werd gebouwd in Rusland. De basis voor de Veeningen is het ontwerp voor een bunkerschip. “We wisten al voordat we met de bouw begonnen dat het schip voor dit vervoer zou worden ingezet. Mensen van Shell zijn ook bij de bouw geweest. We hebben met dit werk de goede banden met Shell kunnen verstevigen.”
De nieuwe schepen bij VT zijn allemaal type C-schepen, geschikt om in te zetten in het vervoer van chemicaliën en minerale producten. Ook de bunkerschepen, voor het geval die markt minder laadruimte nodig heeft.
Zo ver is het nog (lang) niet. “We kunnen met onze vloot alle kanten op, de nieuwe schepen voldoen aan alle eisen voor veiligheid en milieu. We hebben met deze investeringen een signaal af willen geven aan de majors en de independents, de balans gezocht en gevonden tussen de huidige eisen van verladers en wetten die in de toekomst van kracht zijn. Voor wat het milieu betreft, onderschrijven we de intentieverklaring om meer gebruik te maken van EN590 zwavelvrije gasolie.”
Minder haast
“De nieuwe motoren kunnen probleemloos op EN590 varen. Ook werken we mee aan nageschakelde technieken bij bestaande motoren om de uitstoot van NOx en SOx te verminderen.”
De Veeningen werd afgebouwd bij Olthof Scheepsservice.
De vlootvernieuwing gaat door bij VT. De Veeningen werd bij Olthof afgebouwd en daar ligt nu ook de Voerendaal, waarvoor de proefvaart in oktober is gepland. Onderweg zijn ook nog de Vilsteren en de Vorstenbosch. Die laatste is het 147 meter lange, 24 meter brede bunkerschip, goed voor 14.000 ton lading. Het casco ligt in China op de werf, maar wordt pas in de loop van 2010 in Nederland verwacht.
“Ons nieuwbouwprogramma gaat door, maar we hebben minder haast dan een jaar geleden. Wij hebben geen klappen gekregen door de crisis, er is geen sprake van overcapaciteit. Er was overcapaciteit aan lading, maar dat is voorbij. We zitten in de tankvaart – met de vervanging van de enkelwandige vloot – ook wel goed met de nieuwbouw.”
Niels Groenewold heeft het nieuwbouwprogramma opgezet samen met zijn vader, Johan Groenewold, die eind januari overleed. De zoon deelt de optimistische blik van zijn vader op de toekomst. “De markt is er, daar hoeven we ons helemaal geen zorgen over te maken. China en India gaan hun deel in de productie en de afzetmarkt opeisen. Ook Zuid-Amerika ontwikkelt een grote afzetmarkt. Je ziet nu toch ook de beurskoersen stijgen en de olieprijs ging alweer omhoog. Wat nog ontbreekt is het vertrouwen zodat de investeringen weer kunnen worden gefinancierd. Maar dat komt ook wel terug, als het systeem van financieringen transparanter is gemaakt.”
