- Advertentie -
- Advertentie -
HomeNieuwsMaatwerkcertificering is mijlpaal voor traditionele schepen

Maatwerkcertificering is mijlpaal voor traditionele schepen

- Advertentie -

Delen

In 2018 werd het traditioneel vaartuig officieel een nieuw scheepstype voor de binnenvaartcertificering. Sindsdien komt er veel meer bij kijken om zo’n klassieker te keuren. Het eerste schip is nu eindelijk gecertificeerd: de 23 meter lange beurtvaarder Catharina.

Allereerst kijkt de nieuwe stichting Adviesorgaan Traditioneel Vaartuig (ATV) ernaar en beoordeelt of een schip de status van traditioneel vaartuig kan krijgen. Om dit te bepalen onderzoekt de ATV of het schip voldoet aan de vereisten die het ES-TRIN stelt aan het scheepstype ‘traditioneel vaartuig’. Het resultaat wordt vastgelegd in een advies en dan komt pas de keuring voor het CVO in beeld.

Johan Overmeer

Op 14 november reikte Robin Hoekstra namens Bureau Scheepvaart Certificering het eerste certificaat voor een traditioneel vaartuig uit aan de eigenaar: Johan Overmeer. In het Museum Broeker­Veiling kreeg het schip Catharina tijdens een feestelijke gelegenheid het eerste door Nederland uitgegeven certificaat als traditioneel vaartuig.

Het lange traject werd mogelijk dankzij nauwe samenwerking tussen ATV, de Inspectie Leefomgeving en Transport en BSC. Het biedt mogelijkheden voor traditionele vaartuigen of replica’s om, als niet volledig aan de technische voorschriften van het ES-TRIN bedoeld voor de beroepsvaart kan worden voldaan, toch een binnenvaartcertificaat te bemachtigen – en dat is nodig om te mogen varen.

Robin Hoekstra overhandigde het certificaat aan Johan Overmeer. Links: Joost Timmermans van ILT, rechts Hendrik Boland van stichting ATV. (Foto: E.J. Bruinekool Fotografie)

Bruikleen

De Catharina is nu in bruikleen gege­ven aan Museum BroekerVeiling, de oudste voedselveiling ter wereld, en is daar voor iedereen te bewonderen. Het gaat om een ruim honderd jaar oude Langedijker. Het beurtschip past perfect in de collectie van het museum aangezien dit schip vroeger ook gebruikt werd voor het transport van groente, aardappelen en andere goederen van de veiling naar onder andere Amsterdam.

Johan Overmeer vond het wrak in 2017 en restaureerde het schip. “Zo mooi, dat moet behouden blijven voor het nageslacht.” Hij vond ook een oorspronkelijke Kromhout-motor van 22 pk. Acht jaar restaureren kostte het hem. De overgangsregeling voor het CVO was geëindigd toen hij klaar was. “Toen begon de ellende.” zegt de eigenaar gekscherend.

Het was een hele puzzel om het schip onder de nieuwe regels van het ES-TRIN te krijgen. Dit is het eerste schip waarvoor het maatwerkhoofdstuk nog deels in de praktijk moest worden uitgevonden.

Op maat gemaakt

Bijvoorbeeld: de snelheid voor een nieuw schip moet 13 kilometer per uur zijn en de geluidsnorm mag niet hoger zijn dan 70 dB op 25 meter afstand en in de stuurstand. “Dat haalde het schip niet, dus moesten er uitzonderingen worden gemaakt”, legt Robin Hoekstra uit.

Terugkoppelen dus naar ILT, die zo nodig overlegde met de werkgroep van ES-TRIN. Daaruit kwam de oplossing: een gebruiksinstructie in het certificaat, toegespitst op een beperkt vaargebied. Ofwel een op maat gemaakt certificaat. Erg bewerkelijk en arbeidsintensief, met veel voeten in de aarde.

Maar om in aanmerking te komen voor zo’n certificering op maat moet een schip eerst nog worden aangewezen als traditioneel vaartuig. “ATV is daar speciaal voor opgericht”, zegt bestuurslid Hendrik Boland. “Er is in Europees verband afgesproken dat een apart orgaan moet erkennen dat een schip erfgoed is.” Dat mag niet door de behoudsorganisaties zelf worden gedaan. Via het ministerie is ATV hiervoor erkend.

Een lange weg

“Wij hebben gekeken naar welke moge­lijkheden de wet biedt en dat hebben we weer vertaald naar de praktijk,” zegt Joost Timmermans, teammanager binnenvaart en inspectie bij ILT. Robin Hoekstra bevestigt dat: “Onze spreekbuis in deze zoektocht is ILT. Als wij zaken tegenkomen die niet in de wet passen en waar uitzonderingen voor nodig zijn, leggen wij die aan hen voor. Zij koppelen het dan zo nodig terug naar Europa.”

“We hebben nu acht schepen in aanvraag en daar moeten we per schip indi­vidueel naar kijken.” Per schip, vaargebied en gebruikersconcept worden de normen en uitzonderingen vastgesteld. Dat wordt per schip vervolgens met ILT afgestemd. Erg bewerkelijk, omdat geen schip hetzelfde is.

“In de bijlage bij het certificaat wordt omschreven wat en hoe het opgelost is.” Bijvoorbeeld een opschrift op de stuurstand: gehoorbeschermers dragen bij langdurig gebruik in verband met het aantal decibellen. “De basis is zorgen dat het gebruik van het schip veilig is.”

46 ton

Johan Overmeer had de 84-jarige Piet Droog ook uitgenodigd. “Ik was zeventien jaar, in 1958, toen ik op de Langedijker Catharina ging varen.” Vijf jaar voer hij op het schip, samen met zijn broers.

Toen namen vrachtwagens het werk over. Dat maakte een einde aan de irri­tatie bij tuinders: als het schip kwam, moesten de pootaardappelen verdeeld worden over vrachtwagens waarna ze over de weg verder gingen. “Dat overslaan was toentertijd de oorzaak dat het schip in onbruik raakte”, weet Droog. De Catharina kon slechts 46 ton meenemen.

Conservator Sylvia Molenaar is verheugd dat Museum BroekerVeiling de Catharina in bruikleen heeft gekregen. “Het is superfijn dat het schip varend is.” Het is welkome een aanvulling op de vloot. Andere schepen zijn de Damschuit, een houten replica-vrachtschip van vóór 1900, de Westfries uit 1922 en kloetschuitjes en akkerschuiten, zowel van hout als van ijzer.

Door Evert Bruinekool

Delen

- Advertentie -

Meer

Laat een reactie achter

Vul uw opmerking in!
Vul je naam in

- Advertentie -
- Advertentie -

- Advertentie -
- Advertentie -