Wat lees je in episode 5
In Etten schrijft Vincent van Gogh op donderdag 15 augustus 1878 aan zijn broer Theo dat hij hem enkel nog, maar niet alleen, een goede morgen wenst. Het regent deze dagen veel en het stormt, schrijft Vincent.
(Brieven V. van Gogh, Van Goghmuseum, inv. no. b145 V/1962)
Alinea 28: Albertus is in Wetering op maandag.
Alinea 29: Albertus is in ‘Amstelstad’ op maandagmiddag. Amsterdam dus.
Alinea 30: Het stormt. Albertus blijft tot zaterdag in Amsterdam. Is dat ‘dezelfde’ storm als bij Van Gogh?
Albertus gebruikt als postadres Jaagpad 1.
in 1878 heeft Nederland 4 miljoen inwoners. Artis bestond een jaar of veertig, en was 10 hectare groot. Het Vondelpark is tien jaar open. Naar Scheltema in de Kromme Elleboogsteeg. Het openbare Rijksmuseum opent pas in 1885. En geen bios, geen koffiebarretjes met latte macchiato’s, en wel de atmosfeer maar niet de radiogolven.
Zou 1878 Brussel net zo spannend zijn als 1878 Amsterdam?
Wat kan je doen tijdens vijf dagen wachten. Een fiets huren? 1878-live-muziek luisteren in een café? Niet-live muziek bestaat niet. Een stukje knowhow leidt ver na 1880 tot de grammofoon en fonograaf…en mc en cd.
“1878”, live aan de toetsen in het café, J.C. Beck (Ch. Gonzales).
Bestaat er een app die live muziek die nu gemaakt wordt ergens op de wereld overal streaming kan uitzenden?
Sander Geel
Episode 5 Midweek hoofdstad 1878
28
Alwaar wij ons ter rust begaven
’t Werd zondag en wij bleven daar
Met onzen buurman, bij elkaar
Dat kan ik met getuigen staven
De maandag werd dus afgewacht
En voeren heenen met de vracht.
29
De wind was mee en dus niet tegen
Wij zeilden vlug naar d’Amstelstad
En kochten daar van elk wat
Maar zie een storm verzeld met regen
Belemmerde ons de vaart naar zee
Ook d’buurman deelde daarin mee.
30
Van maandagmiddag af, – gelegen
Verliep het tot aan Zaturdag
Dat men de storm bedaren zag
En wij weer beter weer verkregen
En zeilden vlug naar Kampen heen
Dat ons de naaste weg toescheen.
31
Welnu, wij waren dra te Kampen
Met onze schepen aan de wal
Bevrijd van leed en ongeval
Behouden en dus zonder rampen
Bestendig werd die dag besteed
In ’s Heeren dienst en Zondagskleed.
32
’t Werd maandag en de wind liep noorden
Wij zeilden langs de IJsel heen
De wind, zij waaide van beneen
Daar ’t water vloeide langs haar boorden
Tot we eind’lijk en den dag ten end’
Aan “Wijhe” waren, daar omtrent.
33
Wij hadden toen wij even lagen
De wind weer om en daarbij stil
Dat was wel niet naar onzen wil
Maar toch wij hadden nog geen klagen
De nacht was daar, de dag voorbij
Zo goed voor buurman als voor mij.
34
Op dinsdag waren we niet gelukkig
’t Was stil en daarbij in de wind
Dus werd ze niet door ons bemind
En gaf aan ’t hart een zware drukking
En zeiden tot elkaar aan “boord”
De IJselstroom duurt eeuwen voort.
(Copyright Albertus Geel)
De Amstel in onze tijd. Met een V in de lucht. Een noodzakelijke V (van vrede) in deze tijd, een soort statement. (foto Sander Geel)