Wielen hebben me altijd gefascineerd. In overdrachtelijke zin zie je veel mensen dagelijks het wiel uitvinden. Dat is echt heel knap want je moet daar behoorlijk inventief voor zijn en tegelijkertijd in staat zijn om volkomen te negeren wat mensen in Europa, Afrika en Azië al zeker 6.000 jaar toepassen.
In Amerika niet, het waren de Spanjaarden die in de zestiende eeuw het wiel introduceerden op dat continent. Er wordt wel gezegd dat de Inca’s speelgoed hadden met wieltjes, maar dat ze niet doorhadden dat het wiel kon worden aangewend om spullen te verplaatsen. Sommige fabels zijn te leuk om te ontzenuwen. Alle vervoer draait om het wiel, ook per schip. Alleen zeilschepen en roeiboten verplaatsen zich zonder mechanische, draaiende bewegingen.
Dankzij het wiel is de mens in staat om zich sneller voort te bewegen dan enig ander dier ooit heeft gedaan. Het moet dus een aantrekkelijke uitvinding zijn, maar ondanks alle inventiviteit in de natuur heeft de evolutie nooit het wiel uitgevonden (afgezien van sommige bacteriën die zich voortbewegen met een microscopisch klein propellertje).
Waarom kan de mens het wel? Even los van de voortbeweging in het water heb je in de natuur aan alleen een wiel niet zo gek veel. Om het wiel nuttig aan te wenden, heb je namelijk een (verharde) weg nodig. En een weg aanleggen is niet zo simpel als het klinkt, al stelt het als uitvinding niet zoveel voor. Het is nogal arbeidsintensief en je hebt niet meteen meer te eten als je een weg aanlegt.
Je moet dus durven investeren, een stukje in de toekomst kijken en dan komt het belangrijkste: je moet toestaan dat ook anderen er gebruik van maken, kunnen samenwerken en het elkaar gunnen als die ander er meer van profiteert dan jij, omdat je weet dat je uiteindelijk allebei beter af bent. Je zou het af en toe niet geloven, maar de mens is daartoe in staat. Net als het wiel kennelijk dagelijks opnieuw moet worden uitgevonden, is ook die samenwerking nooit vanzelfsprekend.
Als er 10 miljard beschikbaar is, vragen veel mensen zich af waarom dat dan wel aan infrastructuur (zoals een verharde weg) kan worden uitgegeven maar innovatieve projecten (bijvoorbeeld het wiel) met moeite een paar stuivers krijgen toegeschoven (waarmee innovatie een lange weg blijft). Infrastructuur is altijd een goede belegging, daar kan de overheid zich nauwelijks een buil aan vallen.
Voor investeren in innovatie moet je je nek uit durven steken. Geld moet rollen en dat alleen al zou je op een idee kunnen brengen. Zo is het cirkeltje weer mooi rond.