Donderdag 6 oktober kwam het NEA met een rapport over de financiële gevolgen van het ongeluk met de Waldhof begin dit jaar. Er blijkt meer dan 50 miljoen euro schade te zijn veroorzaakt. Met dit rapport in de hand kunnen de verladers en de binnenvaart de Duitse overheid verder onder druk zetten om betere voorzieningen te treffen om slagvaardiger op te treden bij stremmingen van de vaarwegen in Duitsland.
bron: NEA
Natuurlijk gaat het bij de verbeteringen door de Duitse overheid om de aanwezigheid van hefmaterieel op strategische plaatsen langs de Rijn om schepen of lading sneller te kunnen bergen, maar het draait ook om een betere organisatie, vertelde Martin van Dijk, voorzitter van de Internationale Afdeling van Koninklijke Schuttevaer, bij de presentatie van het NEA-rapport.
Martin Quispel van NEA legde uit dat de schade voor ongeveer 20 miljoen euro in de scheepvaart zelf werd gemaakt, waarvan 6 miljoen op de één of andere manier kon worden doorberekend aan verladers en verzekeringen. Verladers, bevrachters en andere tussenpersonen leden de grootste schade met bijna 26 miljoen euro. De verzekeraars verloren 2 miljoen euro, producenten en ontvangers leden voor 6,7 miljoen euro schade en er zijn nog kosten die niet kunnen worden berekend omdat er nog over geprocedeerd wordt. Deze direct op het ongeluk betrekking hebbende kosten lopen waarschijnlijk op tot zo’n 5 miljoen euro. Quispel waarschuwde dat er ook nog PM-posten zijn, waardoor de totale kosten van het ongeluk waarschijnlijk nog veel hoger liggen. Te denken valt daarbij aan het effect op het imago van betrouwbaarheid en veiligheid in de binnenvaart, het negatief effect op de productie en consumptie in de gebieden die tijdelijk afgesloten waren van de supply chain door de stremming. Dan zijn er ook nog zaken als minder comfort en de veiligheidsrisico’s door het tekort aan ligplaatsen langs de Rijn.
De indicatie is dat de Duitse overheid ook wel weet wat er aan de hand is en ermee aan de slag is gegaan. “Maar dat dachten we bij de Excelsior ook”, aldus Ben Maelissa, directeur van Danser Containerline, donderdag bij de presentatie. “Het zou goed zijn als we het momentum erin houden. daar zal dit rapport ons behulpzaam bij kunnen zijn.” Met ‘de Excelsior’ verwijst hij naar het verlies van een aantal containers door het ms Excelsior, waardoor de Rijn bij Keulen bijna vijf dagen gestremd was in 2007. “De communicatie is sindsdien wel verbeterd”, zei Martin van Dijk, die ervan overtuigd is dat er sneller weer had kunnen worden gevaren na het ongeval met de Waldhof.
Rink-Jan slotema van verladersorganisatie EVO vindt dat NEA geld moet krijgen om de hoogte van het PM-bedrag verder te onderzoeken.
Opdrachtgevers voor het gepresenteerde onderzoek waren het CBRB (initiatiefnemer), Havenbedrijf Rotterdam, de Internationale Afdeling Koninklijke Schuttevaer, de Vereniging van Scheepsbevrachters en Logistieke dienstverleners in de Binnenvaart, Kantoor Binnenvaart, de EVO en Rijkswaterstaat.
