Langzaam begint voor schippers duidelijk te worden hoe de versobering en vraaggestuurde bediening van bruggen en sluizen in de praktijk uitpakt. Steeds vaker ontstaat onvrede daarover. ‘Just in time’-leveringen worden in sommige gevallen moeilijker en kosten veel meer tijd door wachttijden en niet aansluitende bedieningstijden. De concurrentiepositie in vergelijking met spoor en wegverkeer wordt door de vraaggestuurde bediening langzaam ondergraven.
Sinds Rijkswaterstaat de versobering in 2015 invoerde, is het een terugkomend onderwerp op elke jaarvergadering van Koninklijke BLN-Schuttevaer. Daartegenover staat dat bedrijven juist steeds vaker op ‘just in time’-leveringen rekenen, om de voorraadkosten zo laag mogelijk te houden.
Freek van IJken, bestuurslid van BLN-Schuttevaer afdeling Utrecht, zet in een persoonlijke brief een aantal praktijkervaringen op een rij en de daarbij horende consequenties van versobering en vraaggestuurde bediening.
Risico’s
De randmeren worden moeilijker bevaarbaar en mogelijk zelfs gemeden door schippers, zeker in de winterperiode. “Bij de Roggebotsluis is namelijk vraaggestuurde bediening ingesteld. Niet erg, maar de bedieningstijden zijn ook versoberd”, stelt Van IJken. “In de zomer ‘s ochtends van 07.00 naar 07.30 en in de winter worden ze pas om 08.30 uur geopend. Dan is de halve dag al om voor de meeste schippers.”
Dit houdt in dat schepen die eerder via de Randmeren voeren vanwege bijvoorbeeld het slechte weer, deze route in de winterperiode zullen ontwijken.
Eigenlijk houdt dit in dat men grotere risico’s neemt door via Lelystad te varen op ruim water. Het treft natuurlijk vooral veel kleine schepen in de winter, die met zwaarder weer via dit soort vaarwegen rustiger kunnen varen.
“Hier vaart geen schip meer in het weekeinde”
Daarnaast zijn in de weekeinden de bedieningstijden van de Roggebotsluis van 07.00 naar 10.00 uur gegaan. Ook de bedieningstijden van de Nijkerkersluis zijn ingekrompen: op zaterdag tot 13.00 uur en zondags gesloten.
“Er is dus geen schip dat op vrijdagavond voor de Roggebotsluis komt en dan op zaterdag Nijkerk nog voorbij kan komen voor 13.00 uur”, vertelt Van IJken. Dit schip kan dan pas weer verder op maandagochtend. “Je snapt wel dat hier geen schip meer vaart in het weekeinde.”
Vertekend beeld
Het neveneffect is dat er minder gebruik gemaakt wordt van de route over de Randmeren. Er komen dan ook minder klachten over de bedieningstijden. “Het lijkt dan ook een heel nuttige versobering te zijn”, zegt Van IJken. “Het geeft een erg vertekend beeld.”
Soortgelijke situaties zijn er op het Merwedekanaal ten noorden van de Lek. Hier is vraaggestuurde bediening ingevoerd met de eis 4 tot 24 uur van te voren aanmelden. De bedieningstijden zijn ook hier een stuk ingekort. Dit kanaal werd veel gebruikt door de kleinere binnenvaart om rustig te overnachten binnen de Zuidersluis. Eveneens was het kanaal door kleinere schepen goed te gebruiken als bypassroute, bij grote drukte en calamiteiten in de Beatrixsluizen.
Huiverig
“Nu de Zuidersluis in de winterperiode pas om 09.00 uur open gaat, zijn de schippers huiverig om erachter te liggen”, aldus Van IJken. “Dat geldt ook voor schepen die er vaak lagen om te wachten op werk. De tijd waarop men naar buiten kan, is te onzeker geworden. Als er voor werk wordt gebeld, moet je snel weg kunnen.”
De consequentie van het vraaggestuurde bedienen is in dit geval dat veel schepen die eerder een rustige ligplaats hadden, nu langs het drukke Amsterdam-Rijnkanaal gaan liggen. En het kanaal als bypass gebruiken kan niet meer.
Een afwijkend voorbeeld is de Spooldersluis. Wegens de versobering is de sluis in de winterperiode dicht is tussen 10.00 en 12.00 uur, gewoon midden op de dag.
Tegenovergesteld effect
Van IJken roept op om overal minimaal het oude bedieningvenster weer in te stellen en de aanvraagtijd bij vraaggestuurde bediening in te korten tot drie uur.
“De uitwerking van deze ontwikkeling staat haaks op de plannen van de regering om het wegverkeer te ontlasten en files te bestrijden. Scheepvaart zou immers ook schoner zijn. Ze creëren eigenlijk het tegenovergestelde door deze handelwijze”, zegt Van IJken. “En dat voor een besparing van een luttel aantal fte’s.”