Onderzoeks- en adviesbureau NEA voert een studie uit naar de schade die is ontstaan door de langdurige stremming op de Rijn door de Waldhof. Dat gebeurt in opdracht van het CBRB, in samenwerking met Kantoor Binnenvaart, Internationale Afdeling Koninklijke Schuttevaer, Havenbedrijf Rotterdam, de Vereniging van Scheepsbevrachters en Logistieke dienstverleners in de Binnenvaart, de EVO en Rijkswaterstaat.
De studie richt zich op de omvang van de schade en de verdeling over de betrokken partijen die zijn getroffen. "Een beter begrip en inzicht is een onmisbare basis bij het afwegen van maatregelen die dergelijke stremmingen en hun gevolgen in de toekomst moeten helpen te beheersen."
Langste stremming
Op 13 januari kapseisde de Duitse tanker Waldhof met 2.400 ton zwavelzuur op de Rijn. Het ongeluk gebeurde vlak bij de Lorelei. Pas op 14 februari werd de Rijn ter plekke weer geheel vrijgegeven voor de scheepvaart. Met 33 dagen was het de langste en ernstigste stremming van de Rijn sinds de Tweede Wereldoorlog.
Wachtende schepen ten tijde van de stremming.
Ook verladers leden schade
De ontstane schade voor de binnenvaartsector is aanzienlijk, stelt NEA. "Echter, de schade is niet beperkt tot de binnenvaartondernemers alleen. Andere partijen, waaronder verladers en ontvangende partijen, leden ook schade. Door de stremming vielen transporten uit, moesten vervoersalternatieven worden geregeld of alternatieve – duurdere – leveranciers van goederen gezocht worden. Dit zorgde voor een verlies van omzet of hogere kosten voor de getroffen productie-industrie, terwijl de voorraden aan de andere kant van de vervoersketen juist opliepen, hetgeen ook resulteerde in hogere kosten."
Mobiliteitsnoodplannen
In het onlangs verschenen Witboek onderstreepte de Europese Commissie het belang van het waarborgen van het vervoer van goederen in crisissituaties. De Commissie geeft aan dat mobiliteitsnoodplannen nodig zijn om het vervoerssysteem weerbaarder te maken. Daarvoor worden scenario’s en noodplanning verlangd.
De studie kan daarvoor bouwstenen aanleveren, zo is de opzet van het CBRB en de andere opdrachtgevers. NEA voert het onderzoek uit in de maanden mei en juni.
