De ASV is met haar klacht over het afvalabonnement bij SOLVIT aan het verkeerde adres. Dat orgaan heeft de schippersvereniging meegedeeld dat het CDNI-verdrag niet valt onder Europees recht, maar dat het gaat om een internationale conventie tussen de Rijnoeverstaten en Luxemburg. Daarom is de CCR de aangewezen organisatie om de kwestie bij aanhangig te maken. Die stap zet de ASV dan ook, meldt vicevoorzitter Ron Breedveld.
Het CDNI-verdrag is in beheer bij de Centrale Commissie voor de Rijnvaart. De CCR houdt zich ook bezig met de invulling van de uitvoeringsregeling (delen A, B en C). Daarom doet de ASV een beroep op het klachtrecht van de CCR. Er komt een formele klacht tegen de Nederlandse overheid over schending van het CDNI-verdrag.
Geen kort geding
De ASV wil niet in eigen land een kort geding voeren. Dat zou ‘de politieke weg via de Tweede Kamer’ frustreren. Daar juist ziet de vereniging meer steun voor het standpunt van de binnenvaart. ‘Een andere reden is het feit dat een rechterlijk oordeel op nationaal vlak bindend is binnen de landsgrenzen, wat een internationale verdrags-brede oplossing verder weg kan brengen.’
‘Wij zetten deze stap omdat duidelijk is dat de minister geen enkele intentie toont tot overleg of overeenstemming met de sector over aanpassing van het beleid’, licht Breedveld toe. ‘Een dergelijke houding van de minister kan ons inziens nooit leiden tot een oplossing die recht doet aan de bepalingen van het CDNI-verdrag, laat staan uniforme financieringswijze in de verdragslanden. Een enquête, zoals opgesteld door BLN, kan niet wegnemen dat de minister handelt in strijd met bepalingen van het CDNI-verdrag en de intentie van het verdrag in zijn geheel.’
Geen aparte heffingen
De ASV vindt argumenten in de memorie van toelichting opgezocht die de toenmalige minister van Verkeer en Waterstaat gaf bij de behandeling van het verdrag door de Tweede Kamer: ‘Voor de financiering van inzameling en verdere verwijdering van de verschillende deelcategorieën van het overig scheepsbedrijfsafval worden in artikel 7 afzonderlijke specifieke voorschriften gegeven. Voor de inname en verdere verwijdering van huishoudelijk afval in havens, alsmede bij ligplaatsen en dergelijke worden geen aparte heffingen toegestaan. De kosten voor het inzamelen van huisvuil in havens worden geacht te zijn inbegrepen in de haven- en liggelden, of gedekt door andere inkomstenbronnen van de havens. Voor de inzameling en verdere verwijdering van klein gevaarlijk afval laat het verdrag de keuze van indirecte financiering via de haven- of liggelden of een ander stelsel, met als randvoorwaarde de eis van onderlinge afstemming tussen de Verdragsluitende Staten."
Particulier huisvuil
De stelling van de ASV dat huisvuil van een binnenvaartschip als particulier huisvuil gezien moet worden, en anders dus dan waar minister Schultz van Haegen van uit gaat, ziet de organisatie bevestigd door een ander ‘Onder de categorie “overig scheepsbedrijfsafval” vallen huisvuil, huishoudelijk afvalwater, zuiveringsslib, slops en klein gevaarlijk afval. Bij de laatste drie stromen gaat het om gevaarlijke afvalstoffen. Huisvuil van het schip moet in Wm-termen worden beschouwd als huishoudelijke afvalstof als het uit het particuliere huishouden afkomstig is en als bedrijfsafvalstof als dat niet het geval is, bijvoorbeeld indien het van een passagiersschip afkomstig is.’
Het afvalonderwerp staat prominent op de agenda van de voorjaarsvergadering van de ASV op 29 maart.