Sinds 2011 heeft rederij Scylla gemiddeld twee nieuwe cruiseschepen per jaar in de vaart gebracht. Het nieuwbouwtempo wordt verder opgevoerd. Dit gebeurt stapsgewijs, zodat de vaste toeleveranciers de kans krijgen om op te schalen.
Het onlangs feestelijk overgedragen mps Grace is al de 28e nieuwbouw voor rederij Scylla, die vorig jaar haar 40-jarig bestaan vierde. Met Robert en Arno Reitsma staan inmiddels de zonen van oprichter André Reitsma aan het roer van het bedrijf. De vloot telt 24 schepen, aangezien er de afgelopen jaren enkele oudere schepen zijn verkocht.
Scheepsbouwkundig ingenieur en projectleider Bart Vos mocht bij Scylla al 7 nieuwbouwprojecten begeleiden. Hij maakt de stabiliteitsberekeningen, werkt mee aan de tekeningen en is het vaste aanspreekpunt voor alle onderaannemers.
Deze werkzaamheden verrichtte Robert Reitsma aanvankelijk alleen, maar met zo’n forse uitbreiding van de vloot is dit niet meer haalbaar. Vos neemt met veel plezier een deel van de taken over. Hij houdt van de sfeer bij het familiebedrijf Reitsma. ‘Je krijgt waardering voor je werk en naar goede ideeën wordt altijd geluisterd. Medewerkers kunnen zich ook volop ontwikkelen. Doorgroeien van deksman tot stuurman of zelfs kapitein – het is allemaal mogelijk.’
Kwaliteitsproduct
De komende jaren gaat Scylla het personeelsbestand verder uitbreiden met kapiteins, hotelmanagers, machinisten en nautisch personeel. Deze extra capaciteit is nodig om de nieuwe schepen te bemannen die eraan komen.
Riviercruises in Europa zijn ontzettend populair. Daarom gaat Scylla tegen 2019 het nieuwbouwtempo opschroeven naar drie schepen per jaar. ‘Omdat je met onze bouwwijze de doorlooptijd van een nieuwbouwproject niet kunt veranderen, gaan we met steeds meer overlap werken’, vertelt Vos. ‘We bouwen langzaam op, zodat ook onze onderaannemers kunnen investeren in personeel en ze de vertrouwde, hoge kwaliteit kunnen blijven leveren.’
Vaste samenwerking
Scylla werkt met vaste onderaannemers. Zo worden de schepen steevast afgebouwd bij Da-Capo in Hardinxveld-Giessendam. De rederij is ook trouw aan de toeleveranciers. Van deze samenwerking gaat een grote kracht uit.
Vos: ‘Onze onderaannemers denken mee en kijken samen met ons naar oplossingen. Ze werken mét en niet tegen elkaar. Aangezien ze onze wensen goed kennen, hebben ze vaak aan één woord genoeg. Als we niet altijd met dezelfde partijen zouden samenwerken, zou ik mijn bed wel kunnen neerzetten bij Da-Capo!’
Drijvend hotel
Het mps Grace is net als alle andere schepen van Scylla een drijvend hotel. Het heeft ruimte voor 142 passagiers. De grote suites en de maar liefst 11 televisies in de salon verraden dat het schip gebouwd is voor een Amerikaans publiek. Verder zijn er een fitnessruimte aan boord, een kapper en een nagelstudio.
De sauna heeft plaatsgemaakt voor een sfeervol beautycenter met een waterval en bamboedecoratie, waar de gasten onder meer een massage met warme stenen kunnen krijgen. Een echte relaxzone, zegt Vos. ‘We luisteren goed naar de wensen van onze gasten. Een sauna aan boord is leuk, maar als hij niet gebruikt wordt, is het zonde van de ruimte.’
Ook op andere vlakken wordt aan het comfort van de reizigers en de bemanning gedacht. Zo levert de aangepaste opstelling van het flexibele dekhuis achterop het schip een geluidsreductie van 2 decibel op.
Zusterschip Joy
Het mps Grace zal met name op de Rijn te zien zijn, maar kan uiteraard ook naar de Donau varen. In maart steekt het nieuwe cruiseschip van wal. In mei wordt bij Da-Capo alweer het zusterschip opgeleverd: Joy. Daarna volgen nog meer nieuwe schepen voor de Engelse en Amerikaanse markt. De casco’s zijn al besteld en de onderleveranciers zijn op de hoogte.
Vrijdag 28 november konden alle onderaannemers en hun toeleveranciers genieten van een open dag aan boord van het mps Grace. Het is een traditie bij Scylla. Vos: ‘Deze dag is een feest voor iedereen die meegewerkt heeft aan het schip.’
‘We zijn maandenlang zeer intensief met elkaar aan de slag. Het moment dat de sleutel wordt overgedragen aan de kapitein is een echte ontlading. We zien de open dag als een teken van dank aan onze onderaannemers. Zonder hun trouwe inzet kunnen we dit niet realiseren.’
tekst en foto’s: Sarah De Preter