Duik- en bergingsbedrijf Van Bekkum uit Wessem moet vóór donderdag 4 januari zijn schepen en dok weghalen bij de Maasboulevard. De voorzieningenrechter uit Roermond stelt de gemeente Maasgouw in het gelijk. De gemeente mag handhavend optreden als Van Bekkum zijn vloot niet elders afmeert.
Het duik- en bergingsbedrijf had de gemeente voor de rechter gedaagd om de status quo te handhaven. De eigenaar had kort tevoren van de gemeente vernomen dat hij zijn schepen en dok moest verplaatsen, omdat de huidige afmeerplek in strijd was met de bepalingen van het bestemmingsplan. Als Adri van Bekkum dat zou weigeren, vorderde de gemeente een dwangsom van 500 euro per dag.
Gewoonterecht
De ondernemer voerde bij de rechter aan dat hij al dertig jaar zijn vaartuigen afmeert aan de kade bij de Maasboulevard. Daarom gold volgens hem gewoonterecht en was handhaving niet meer aan de orde. Doordat de industriehaven in Wessem omgevormd is tot jachthaven, kunnen zijn schepen het eigen bedrijfsterrein niet meer bereiken. Ook bracht Van Bekkum naar voren dat hij door de aard van het werk snel per plaatse op de Maas moet zijn om schepen bij te staan bij calamiteiten.
De rechter in Roermond heeft het verzoek om een voorlopige voorziening van de hand gewezen en de gemeente Maasgouw in het gelijk gesteld. De rechtbank kon wel waardering opbrengen voor het werk van het duik- en bergingsbedrijf als ‘nautische wegenwacht’. Maar de rechter oordeelde dat het gewoonterecht hier niet op zijn plaats is en dat het eigen terrein via het water wél bereikbaar is. De gemeente mag dus handhaven en zijn vaartuigen moet het bedrijf naar elders verplaatsen.
