Vanaf 1 maart 2017 geldt in Noord-Holland een verbod op varend ontgassen. Gedeputeerde Staten hebben ingestemd met de wijziging van de provinciale milieuverordening om dit mogelijk te maken. Ook de provincie Utrecht zal per 1 maart een verbod op varend ontgassen instellen.
Met het verbod is het niet meer toegestaan om restladingdampen van benzeen en sterk benzeenhoudende koolwaterstoffen (>10 procent benzeen) varend te ontgassen. Bij ontgassen worden dampen uit ladingtanks in de buitenlucht vrijgelaten om te voorkomen dat de volgende lading verontreinigd wordt met resten van de vorige.
Voor de handhaving van het verbod werkt de provincie samen met de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied en de Divisie Havenmeester van het Havenbedrijf Amsterdam. Er wordt nog onderzocht hoe het toezicht het beste kan worden uitgevoerd. Waarschijnlijk komt er een overgangstermijn.
Provincie Noord-Holland en het Havenbedrijf Amsterdam willen zorgen voor voldoende ontgasssingscapaciteit in de regio. Zodat schepen hun dampen verantwoord kunnen afgeven. Hiervoor stelt de provincie 499.500 euro subsidie beschikbaar.
Ontgassingstoerisme
Noord-Holland volgt het voorbeeld van Noord-Brabant en Zuid-Holland. Die provincies kennen al sinds 2015 een verbod op varend ontgassen. Dat was aanleiding voor Noord-Holland om samen met de provincies Utrecht, Gelderland en Zeeland een onderzoek te laten uitvoeren naar de effecten. Daaruit bleek dat het verbod in Zuid-Holland en Noord-Brabant ‘ontgassingstoerisme’ tot gevolg heeft: schepen voeren na het lossen naar andere provincies om alsnog varend te ontgassen. (illustratie boven)