Het bunkeren van LNG door de veerboot MS Ostfriesland verloopt probleemloos. Het bunkerproces gaat ook steeds sneller. Het eerste op vloeibaar aardgas aangedreven passagiersschip van de Waddenzee – en heel Duitsland – heeft nu nog maar twee uur nodig. De eerste keer duurde het vier uur.
‘Eigenlijk is het ongelofelijk dat het zo snel zo goed en gemakkelijk gaat’, zegt nautisch-technische inspecteur Claus Hirsch van eigenaar AG Ems. Het bunkeren gebeurt met een tanktrailer. Vaste LNG-voorzieningen zijn er nog niet. Die ambitie is er wel bij Niedersachsen Ports, maar daarvoor is eerst meer vraag nodig. Want opslaan in tanks kan maximaal vier weken; daarna loopt de benodigde temperatuur van de LNG van -163 graden Celsius te ver op.
Het omgebouwde auto- en passagiersveer onderhoudt een lijndienst op de Duitse Wadden en vaart tussen Emden, Borkum en Eemshaven.
Koudeverbranding
Voor de bunkering gelden strikte veiligheidsvoorschriften, zoals een zekerheidsradius van 30 meter rond het overslagpunt. Daarbinnen mogen zich geen onbevoegden bevinden.
Het gevaar zit niet in het risico op explosies, weet Werner Repenning van Niedersachsen Ports. “Daarvoor is een veel te nauwe gas-luchtverhouding nodig. Het risico zit in koudeverbranding, wanneer mensen in aanraking komen met de extreem koude brandstof.’
Ombouw
De ombouw tot LNG-aangedreven schip is voor ongeveer 50 procent gefinancierd met Europese subsidie. Uit de TEN-T-regeling kwam 3 miljoen euro beschikbaar voor het project.
De vier nieuwe motoren van de Ostfriesland wekken met de LNG stroom op voor twee elektromotoren. Die leveren meer pk’s dan de twee oude motoren.
De Ostfriesland is het eerste zeeschip dat in de EU is omgebouwd naar LNG. Het is een Nederlands-Duits project, waarin naast AG Ems en Niedersachsen Ports ook Groningen Seaports en Energy Valley een belangrijke rol spelen. Zij moeten er voor zorgen dat er LNG-bunkerfaciliteiten in het noorden komen.