Binnenkort wordt duidelijk hoe het verder gaat met de Federatie Belgische Binnenvaart (FBB), die twee jaar geleden werd opgericht als koepel van Belgische binnenvaartorganisaties. Op 8 september stemmen de leden over de gewijzigde statuten en een nieuw intern werkingsreglement. VBR-voorzitter Jo Van Duynslaeger hoopt dat de federatie een doorstart maakt.
Gaston Pius (links) en Jo Van Duynslaeger (rechts). (Foto Sarah De Preter)
Van Duynslaeger volgde begin dit jaar Amand Bauwens op als voorzitter van VBR. Acht maanden na zijn aantreden heeft hij het roer stevig in handen. Onder leiding van Van Duynslaeger zijn binnen de organisatie enkele structurele wijzigingen doorgevoerd. Zo is het VBR-bestuur compacter geworden. “Als je met te veel man rond de tafel zit, wordt besturen moeilijk”, aldus Van Duynslaeger. “Daarom hebben we onze bestuursploeg teruggebracht naar acht personen. Dat werkt veel vlotter.” Een knelpunt blijft volgens de voorzitter dat varende ondernemers zich soms moeilijk kunnen vrijmaken voor bestuursvergaderingen. “Niet alle onderwerpen lenen zich ertoe om via internet of telefoon te worden besproken. Over sommige kwesties moet je gewoon even persoonlijk met elkaar van gedachten kunnen wisselen.” Voor de communicatie met leden wil het bestuur de mogelijkheden van internet wel intensiever gaan gebruiken. “We zijn dat aan het voorbereiden.” Qua ledenaantal bevindt VBR zich volgens Van Duynslaeger weer in een positieve spiraal, nadat enkele leden hun lidmaatschap hadden opgezegd vanwege de financiële crisis: “We hebben de afgelopen maanden een aantal leden teruggewonnen en ik heb er alle vertrouwen in dat deze trend zich doorzet.”
Oude problemen
Ook Van Duynslaegers vader, wijlen Jules Van Duynslaeger, was voorzitter van VBR – van 1968 tot 1978. De problemen waar de sector destijds mee te maken had, lijken veel op de huidige. “Ook dertig jaar geleden hadden we last van lage vrachten en een tekort aan vakpersoneel”, aldus Van Duynslaeger, die onlangs nog oude documenten van zijn vader heeft doorgelezen. Hij vraagt zich af: “Waarom krijgen we dit niet opgelost? Waar zit de knoop? Terwijl de binnenvaart zoveel toekomstmogelijkheden heeft. Er is niets zo efficiënt, schoon en goedkoop als een schip.”
Meer gewicht
Bij zijn aantreden als VBR-voorzitter zei Van Duynslaeger dat hij zich sterk zou maken voor een federale koepelvereniging waarin alle binnenvaartorganisaties participeren. Hij heeft de versnippering van de belangenvertegenwoordiging de afgelopen maanden herhaaldelijk van dichtbij meegemaakt. “Ik betrap mezelf er soms op dat ik hetzelfde verhaal wel zes keer opnieuw moet vertellen in alle mogelijke commissies. Mijn collega’s van de andere beroepsvereniging doen hetzelfde. Dat kan veel efficiënter. Vanuit een koepelvereniging kunnen we onze gezamenlijke belangen met één stem bij de overheid verdedigen en daardoor meer gewicht in de schaal leggen.”
Praktische afspraken
Alledaagse, federale binnenvaartkwesties zouden via een koepelorganisatie sneller verholpen kunnen worden. VBR-ondervoorzitter Gaston Pius geeft een voorbeeld: “De binnenvaart had onlangs last van de abnormaal lage waterstanden in Wallonië. Daardoor kwam ook de waterverzorging aan Nederland in het gedrang. Als VBR werken we al jaren nauw samen met de Nederlandse binnenvaartorganisaties. Het is dus logisch dat zij bij ons aan de bel trokken. Omdat er vanuit de Waalse organisaties weinig actie werd ondernomen, zijn we het probleem zelf gaan bespreken met de Waalse overheid. Dat is een lastig punt. In een koepelorganisatie kan je duidelijk afspreken wie wat en waar verantwoordelijk voor is.”
Personeelsproblematiek
Pius hoopt ook dat de koepelvereniging een doorbraak kan forceren in de personeelsproblematiek. Belgische binnenvaartondernemers klagen al jaren over de hoge loonkosten in België. Pius: “Bovendien voldoen de collectieve arbeidsovereenkomsten niet aan de noden van de markt. Sinds de liberalisering in de binnenvaart is just-in-time-levering steeds meer zijn intrede gaan doen op vraag van klanten. Volgens die geest moeten schippers kunnen werken en niet andersom.”
“Men verwijt ons wel eens dat we als sector de wettelijke mogelijkheden om loonsubsidie te krijgen te weinig gebruiken. Maar met alle respect: onze sector heeft nood aan vakkundige mensen. Langdurig werklozen die kort omgeschoold werden voldoen daar niet aan. De Nederlandse bonden pleiten momenteel voor het vervroegd openstellen van de markt voor Roemenen en Bulgaren. Ik ben geneigd te denken dat de Nederlandse verkeersminister daarin mee zal gaan. Dat lijkt bij ons voorlopig zeer moeilijk te liggen. De Belgische wegtransporteurs hebben hetzelfde probleem als de binnenvaart. Ook daar bepaalt de markt hoe er gewerkt moet worden.”
FBB
Met de oprichting van de FBB werd twee jaar geleden de aanzet tot een koepelorganisatie gegeven. Maar het afgelopen jaar hebben de leden geen enkele keer vergaderd. FBB-voorzitter Roger Van Thuyne heeft die functie inmiddels neergelegd. Hoe komt het dat de organisatie tot nu toe niet van grond is gekomen? Enerzijds heeft de financiële crisis voor vertraging gezorgd. Daarnaast speelde ook individualisme een rol. De stichtende leden van de FBB zijn naast VBR de Unie der Continentale Vaart, Ons Recht, de Bond van Eigenschippers en de Association des Maîtres Batelier (AMB). Verder kunnen schippers ook individueel lid van de FBB worden. Dit individuele lidmaatschap maakt het besturen er niet eenvoudiger op. Van Duynslaeger: “Het is bekend dat eigenaren van spitsen en grotere schepen niet altijd dezelfde belangen hebben. Maar als beroepsvereniging moet je daarboven staan. Om tot een koepelvereniging te komen, moeten in de sector grote ego’s overwonnen worden. Dat is moeilijk, maar er is meer dat ons bindt dan dat ons scheidt.”
Tweede kans
Vanuit die gedachte proberen de bonden de FBB binnenkort nieuw leven in te blazen. Op 8 september stemmen ze af over de gewijzigde statuten. Die maken komaf met het individuele lidmaatschap en zetten de deuren open voor andere binnenvaartgebonden organisaties, zoals Aequitas en ICBO. Het streven is om één gezamenlijk binnenvaartsecretariaat op te richten, waarvoor de sector ook een bijdrage hoopt te krijgen van de gewestelijke overheden. Van Duynslaeger: “Daarvoor moeten we aantonen dat we een toegevoegde waarde leveren voor de binnenvaart. Bijvoorbeeld door het aanbieden van innovatie. Daar gaan we verder invulling aan geven als de statuten goedgekeurd zijn.”
Als de FBB een doorstart maakt, dan verwacht Van Duynslaeger dat de deelnemende organisaties hun eigenheid zullen willen bewaren. “Dat moet – zeker in de beginfase – mogelijk zijn. Maar ik sluit niet uit dat er meer toenadering zal komen tussen de organisaties. Dat is nu al gaande. De rest zal de tijd uitwijzen.”
Maar wat als de nieuwe statuten op 8 september niet unaniem goedgekeurd worden door de organisaties die participeren in de FBB? Voor de VBR-voorzitter is dat geen optie. “Dan zijn we terug bij af en kan het maanden duren voor we weer rond de tafel zitten. Er is maar één weg: de weg vooruit. We moeten er samen voor gaan.”
(Sarah de Preter)