In februari is in het Vlaams parlement een resolutie over de binnenvaart goedgekeurd. Begin maart gingen enkele Vlaams parlementsleden om de tafel met vertegenwoordigers van de sector. Volgens Vlaams parlementslid Dirk De Kort (CD&V) blijft het daar niet bij. Om de binnenvaart blijvend te ondersteunen wordt binnen het Vlaams parlement een soort ‘binnenvaartclub’ opgericht die vier keer per jaar bij elkaar gaat komen.
Dirk De Kort, burgemeester van Brasschaat en voorzitter van de commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken in het Vlaams parlement, was vorig jaar betrokken bij de totstandkoming van de binnenvaartresolutie die dit jaar in het Vlaams parlement werd aangenomen. Aanleiding waren de financiële problemen in de binnenvaart door de economische crisis.
“We merkten dat er in de commissie kamerbreed consensus bestond om daaromtrent meer te doen.” Bij een overleg met sectorvertegenwoordigers op 3 maart was ook de kabinetsadviseur van minister Hilde Crevits van Openbare Werken aanwezig. De Kort: “We werken niet naast het kabinet Crevits, maar gaan samen met hen bekijken hoe we tot een heroriëntatie op binnenvaartvlak kunnen komen.”
Kleine schepen
In de resolutie wordt aangedrongen op een doelgerichter en efficiënter steunbeleid voor de binnenvaart. Te veel maatregelen zijn onvoldoende efficiënt, zo stellen de betrokken parlementsleden. Ze vragen onder andere meer ondersteuning voor kleine schepen. In 2009 en 2010 heeft de Vlaamse overheid in totaal 1,2 miljoen euro steun gegeven aan kleine schepen, maar voor dit jaar is er geen budget. Federale steunmaatregelen zijn weer slecht toegankelijk voor kleine schepen, die vaak te oud zijn om nog in aanmerking te komen.
Sowieso heeft de binnenvaart last van nogal wat ‘federale knelpunten’. Zo concurreren de federale steunmaatregelen voor het containervervoer per spoor met de gewestelijke steunmaatregelen voor de binnenvaart. De Kort: “We hebben afgesproken dat er een Vlaamse spoorstrategie wordt uitgewerkt die de wegen ontlast zónder de binnenvaart te beconcurreren.”
Aandacht voor ondernemen
Als het over de binnenvaart gaat, wordt volgens De Kort te vaak over infrastructuur gesproken en te weinig over de schipper zelf. Hij wijst op de noodzakelijke professionaliseringsslag binnen het onderwijs. “Binnenvaartschippers zijn ondernemers, maar daar wordt binnen de huidige opleidingen te weinig aandacht aan besteed.”
Om de instroom te verhogen zijn maatregelen nodig op federaal vlak. In België kan men pas een communautair vaarbewijs krijgen als men vier jaar vaartijd kan bewijzen. “We gaan er bij de federale overheid op aandringen om de erkenning voor een schipper in te korten als hij zijn competenties kan bewijzen op een binnenvaartsimulator.” Verder pleit hij voor de overheveling van federale bevoegdheden naar regionaal niveau. Zoals de scheepvaartinspectie. “We gaan contact opnemen met onze federale collega’s om te zien wat we kunnen doen.”
Koepelorganisatie
Een ander onderwerp dat tijdens de rondetafel aan bod kwam, is de behoefte van de Belgische binnenvaart aan een koepelorganisatie. De sector heeft de overheid al enige tijd geleden gevraagd om dit initiatief te ondersteunen, vooralsnog zonder resultaat. Ook in dit dossier willen de Vlaams parlementsleden de binnenvaart ondersteunen.
“Ook binnen de commissie Mobiliteit en Openbare Werken ging de aandacht in het verleden te veel uit naar het wegvervoer en te weinig naar de binnenvaart”, aldus De Kort. “Dat heeft er voor een deel mee te maken dat bepaalde bevoegdheden op federaal vlak zitten. We hebben nu afgesproken dat we met alle parlementsleden die effectief geïnteresseerd zijn in de binnenvaart een soort ‘binnenvaartclub’ vormen die vier keer per jaar bijeenkomt. Het blijft dus niet bij een eenmalig initiatief.”
