Modernisering van de bemanningseisen voor de binnenvaart is hard nodig. Dat constateerde Brigit Gijsbers, directeur Maritieme Zaken van het ministerie van Infrastructuur en Milieu, dinsdag 2 juni tijdens een themabijeenkomst over dit onderwerp. Die vond plaats voor de start van Maritime Industry 2015.
De Nederlandse overheid werkt al jaren aan de nieuwe bemanningsvoorschriften. Begin dit jaar kwam het onderwerp aan de orde tijdens een rondetafelconferentie in Straatsburg; daar werd de noodzaak door alle betrokken partijen onderschreven. Dat brengt de aanpassing dichterbij.
Herziening
De Centrale Commissie voor de Rijnvaart heeft aan sociale partners op Europees niveau gevraagd welke knelpunten op korte termijn opgelost kunnen worden en of een principiële (dus uitgebreide) herziening van het stelsel nodig is. In Gorinchem werd duidelijk dat de binnenvaart zelf voor het laatste gaat. Er is behoefte aan een stelsel van robuuste regels. Daarbij moet er wel rekening mee worden gehouden dat de binnenvaart divers is. Daarom moet er ruimte zijn voor maatwerk, waarbij rekening gehouden wordt met verschillen tussen scheepstypen, activiteiten en vaarwegen.
Mannetje minder
Het gaat niet eenvoudigweg om ‘een mannetje minder’, zei Niels Groenewold, CEO van de Verenigde Tankrederij tijdens de door het CBRB georganiseerde bijeenkomst. Hij wees erop dat de techniek aan boord van binnenvaartschepen sterk is verbeterd. ‘Noeste arbeid is daardoor ingeruild voor het slim toepassen van software.’ Waar de kwaliteit van de bemanning omhoog gaat, kan de kwantiteit in een aantal gevallen omlaag.
Myriam Chaffart, politiek secretaris van de Europese Transportarbeiders Federatie (ETF), vertelde dat haar organisatie bereid is te praten over moderne bemanningseisen, op voorwaarde dat de controle op de naleving wordt verbeterd. De ETF erkent dat in de sector veel is veranderd en dat er meer rekening moet worden gehouden met de specialisatie van schepen, maar de veiligheid moet voorop blijven staan.
Wisseling exploitatiewijze
Diverse CBRB-leden lichtten specifieke knelpunten bij sleep- en bijzondere transporten, duwvaart en passagiersvaart toe. Vervolgens kwamen in een levendige discussie diverse ergernissen voorbij:
– het verplicht stil liggen bij de wisseling van exploitatiewijze
– de derde patenthouder in de B-vaart
– de toepassing van de bemanningstabel voor passagiersschepen
Verder was er aandacht voor de internationale erkenning van diploma’s en vaarbewijzen en het aanpassen van de beroepsopleidingen aan de competenties die aan boord vereist zijn.