Binnenvaartschepen moeten vanaf 2013 op drie verschillende trajecten in Rotterdam gemiddeld 20% langzamer varen. Daardoor veroorzaken de schepen minder luchtvervuiling. De maatregel houdt verband met de aanleg van Maasvlakte 2. Door de uitbreiding van de haven neemt het transport flink toe. Door langzamer te varen is er op deze locaties geen toename van de luchtverontreiniging als vervolg van de groei van de haven.
Al in 2008 is besloten dat de snelheidsbeperking voor de binnenvaart er zou komen als onderdeel van een pakket maatregelen om transport van en naar de Rotterdamse haven schoner te maken. Niet alleen voor de binnenvaart zijn er beperkingen. Er komt bijvoorbeeld ook een milieuzone op de Maasvlakte voor vrachtwagens: vanaf 2013 mogen alleen nog schone vrachtwagens op Maasvlakte 1 en 2 komen.
Maasvlakte 2
De maatregel is vanaf 1 januari 2013 van kracht omdat in dat jaar de eerste containerterminal op Maasvlakte 2 in bedrijf komt. Het nieuwe havengebied zorgt voor extra transport van containers. Bovendien heeft het Havenbedrijf Rotterdam met de nieuwe terminals ook afgesproken dat zij minder containers via de weg laten vervoeren en meer via het spoor en de binnenvaart. Die twee ontwikkelingen samen betekenen dat het transport per binnenvaart fors toeneemt. De verwachting is dat de containerbinnenvaart de komende 25 jaar maar liefst verdrievoudigt. Zonder snelheidsbeperking worden op enkele locaties normen voor de luchtkwaliteit (fijn stof en stikstofoxide) overschreden. Dat mag niet en de snelheidsbeperking is daarom een keiharde voorwaarde in het bestemmingsplan van Maasvlakte 2.
Snelheidsbeperking
De snelheidsbeperking geldt op de volgende trajecten:
– Hartelkanaal tussen de Harmsenbrug en de splitsing Hartelkanaal – Oude Maas, afstand 10 kilometer (max. 13 km/uur);
– Oude Maas tussen de Botlekbrug en de Beerenplaat, afstand 5 kilometer (max. 14 km/uur);
– Nieuwe Maas tussen kilometerraai 998 en 1002 (4 kilometer ter hoogte van het Noordereiland) (max. 13 km/uur).
Deze maximumsnelheden betekenen dat binnenvaartschepen gemiddeld 20 procent langzamer moeten varen. Onderzoeksbureau MARIN heeft de veiligheid bij varen met lagere snelheden onderzocht. Daaruit blijkt dat er geen problemen voor de veiligheid zijn, op twee specifieke situaties na. Daarvoor zijn uitzonderingen gemaakt. Waait het hard (vanaf 7 Beaufort) dan geldt de maximumsnelheid nergens. Ook hoeven combinaties van vier tot zes duwbakken zich op de Nieuwe Maas niet aan de maximumsnelheid te houden.
De maatregel duurt tot 2025. Vanaf dat moment zijn CCR-2 motoren (of motoren met een uitstoot die niet hoger is dan CCR-2) verplicht in Rotterdam. Deze zijn een stuk schoner dan de nu langbare motoren. Daardoor is vanaf 2025 de snelheidsbeperking niet meer nodig.
