In opdracht van de stichting Beunschepen heeft Panteia onderzoek gedaan naar de het zand- en grindvervoer. De uitkomst is dat de vloot in de komende 10 jaar vernieuwd moet worden; anders verliest de binnenvaart lading aan het wegvervoer.
In de afgelopen 10 jaar is de actieve vloot van beunschepen gedaald met ongeveer 100 schepen. Er volgen er meer, voorspelt Panteia op basis van de hoge gemiddelde leeftijd van ondernemers op beunschepen en de hoge gemiddelde leeftijd van de schepen. De schatting is dat het om 50 tot 100 schepen gaat.
Die zouden de komende 10 jaar vervangen moeten worden. “Zonder deze nieuwbouw kan in de toekomst niet aan de benodigde hoogwaardige scheepscapaciteit worden voldaan en zal op termijn een deel van het binnenvaartvervoer van bouwmaterialen naar het wegvervoer verschuiven”, waarschuwt Panteia.
Vooral kleine schepen nodig
De nieuwbouw moet niet alleen bestaan uit grotere beunschepen. De onderzoekers pleiten vooral voor meer nieuwe kleinere schepen. De eisen uit de overgangsbepalingen van het ROSR en problemen met bedrijfsopvolging zullen veel binnenvaartondernemers ertoe brengen hun schip naar de sloop te brengen.
“Als bedrijven aan klein vaarwater merken dat er een tekort aan kleine schepen ontstaat, zullen ze bij het maken van lange termijn visies eerder geneigd zijn andere locaties te kiezen. De sector is gebaat bij een gedifferentieerde vloot.”
Laad- en loslocaties
Ook de infrastructuur is een punt van zorg. Panteia adviseert de sector aandacht te vragen voor “nut en noodzaak van het bevaarbaar maken en houden van (kleine) vaarwegen, met haar voorzieningen (bedieningstijden, afmeerlocaties en laad- en loslocaties) en door bijvoorbeeld opwaardering van vaarwegen. Bewezen is dat als dit alles op orde is het bedrijvigheid aantrekt.” De overheid speelt volgens de onderzoekers een belangrijke rol in de toekomst van de zand- en grindvaart.