De containerbinnenvaart loopt dagelijks tienduizenden euro’s mis door de gevolgen van de 24-uurs staking bij de containerterminals in Rotterdam. Vertragingen lopen op tot een week, met name omdat ECT kort na de staking twee terminals (volgens plan) heeft stilgelegd, waardoor er te weinig capaciteit is om de gevolgen van de staking goed in de planning te kunnen verwerken. Dit meldt LINC, waarin de CBRB-containeroperators en de VITO-inland terminals zijn verenigd.
De vertragingen doen zich vooral voor bij de ECT-terminals Delta en Euromax. De staking vond plaats van 7 januari ’s middags tot 8 januari ’s middags, maar het zal naar verluidt nog weken duren eer de gevolgen ervan zijn opgevangen door de containerstuwadoor.
De markt reageert op de vertragingen in Rotterdam. LINC omschrijft die als ‘dramatisch’: “Diverse verladers hebben inmiddels opdracht gegeven om containers per truck aan te leveren c.q. hebben containers overgeboekt naar Antwerpen. Dit resulteert niet alleen in hoge kosten voor de barge operators (truckingkosten, extra scheepshuur, enzovoort), maar ook in aanzienlijke (imago-) schade voor de haven van Rotterdam en de BV Nederland.”
Sluiting binnenvaartterminals
LINC verwijt niemand dat er wordt gestaakt. “…die staking is ons allen overkomen. Daar kunnen en willen wij noch het Havenbedrijf, noch de betrokken terminals op aanspreken.” Wel wil LINC dat ECT en het Havenbedrijf adequate maatregelen nemen om de gevolgen van de staking voor de binnenvaartoperators te beperken. Volgens ECT is de sluiting van de binnenvaartterminals een ongelukkige samenloop van omstandigheden en kunnen ze door die sluiting juist meer capaciteit inzetten op de Deltaterminal en de Euromax.
LINC merkt op dat ECT vlak na de staking – in het weekend van 9 en 10 januari – de twee terminals die speciaal voor de binnenvaart zijn ingericht (aan de Hartelhaven en De Delta-Barge Feeder terminal op de kop van het Delta Schiereiland) heeft gesloten. “Juist terwijl er sprake was (nog steeds is, en naar verwachting de komende week zeker nog zal zijn) van een extreme pieksituatie, besloot ECT om de piekcapaciteit te reduceren. Wij begrijpen dit niet.”
Schade
LINC onderbouwt dit onbegrip met verwijzing naar eerdere ‘beloften’ van ECT. “In de chaotische zomer van 2014, toen er eveneens sprake was van enorme vertragingen, zijn diverse gesprekken gevoerd bij en met het Havenbedrijf Rotterdam over mogelijke congestiemaatregelen die, indien nodig, zo ‘van de plank’ geplukt zouden kunnen worden om snel ingevoerd te kunnen worden.”
“Op dit moment bevinden wij ons bij uitstek in een situatie waarin een beroep op dergelijke congestiemaatregelen gedaan zou moeten kunnen worden; wij moeten helaas vaststellen dat ze er echter niet zijn. Wij benadrukken dat de binnenvaart operators geen partij zijn in het conflict met de vakbonden, maar er wel (een deel van) de rekening voor gepresenteerd krijgen: de schade loopt in de tienduizenden euro’s per dag. Wij dringen derhalve aan op overleg op zo kort mogelijke termijn met zowel HbR als ECT, over mogelijk te nemen maatregelen (nu en in de toekomst) om deze problemen op te lossen en verdere schade te voorkomen.”
Ongelukkige samenloop
LINC-voorzitter Maira van Helvoirt stelt desgevraagd: “We willen dat er straks wel een plan klaarligt op de plank. Daarom willen we nu in gesprek met Havenbedrijf en ECT.”
ECT zelf reageert niet maar naar verluidt is volgens ECT de sluiting van de binnenvaartterminals een ongelukkige samenloop van omstandigheden en kunnen ze door die sluiting juist meer capaciteit inzetten op de Deltaterminal en de Euromax.
